Wanneer het moederschap zwaar valt: ‘Vanaf hun geboorte ben ik al aan het aftellen’

14.12.2023 05:12
Beeld: Getty Images

Nadia windt er geen doekjes om: het moederschap valt haar zwaar. Het is niet iets wat mensen van de daken schreeuwen, maar ze weet zeker dat ze niet de enige is. “Veel ouders zijn er gewoon niet eerlijk over.”

Nadia (47): “Gisteren keek ik een film. ‘Een baby is hetzelfde als een tatoeage op je gezicht,’ zei de hoofdpersoon, ‘je moet het heel zeker weten voor je eraan begint’. Maar hoe kan dat, niemand weet toch precies wáár ie aan begint? Fuck, dacht ik toen ik zelf moeder werd, ik kan niet meer terug. Dit is het voor de komende achttien jaar. Dit is mijn leven.

Een eigen kind

Ik heb altijd geroepen dat ik geen kinderen wilde. Mijn eigen moeder is gehandicapt, ik heb vroeger al zo verschrikkelijk veel gezorgd dat ik bang was dat het zorgen voor een baby me tegen zou staan. ‘Maar met je eigen kind is het anders’, zeiden vrienden dan. ‘Dat doe je met liefde.’ En toen mijn schoonmoeder borstkanker kreeg en de dood zo dichtbij kwam, ontstond er een soort omslag.

Ineens voelde ik: ik wil dit toch meegemaakt hebben, ik wil weten wat het is. ‘Ik wist wel dat je van gedachten zou veranderen’, zei mijn man verheugd. Ik stopte met de pil en was bijna meteen zwanger, zul je altijd zien. Toen onze oudste dochter werd geboren, was ik 35.

Huilbaby

Ik gaf borstvoeding. Uren per dag. Het was een van de eerste keren dat ik merkte: wacht even, er komt veel meer zorg bij mij terecht dan bij hem. Misschien ook omdat ik nogal een chaotische man heb en gewoon meer thuis was, maar al bij dat pasgeboren baby’tje dacht ik: ik weet niet of ik dit zo leuk vind.

“Al bij dat baby’tje dacht ik: ik weet niet of ik dit zo leuk vind”

Als ze sliep was ik zó blij. Wat niet hielp was dat ze een huilbaby was. Even naar een terras was uitgesloten, ze krijste gewoon door met de tepel in haar mond. En als ze wakker was – de sááiheid die me dan overviel. Ik wilde niet eindeloos zitten kijken naar een omrollende baby. Ik wilde werken, een sociaal leven ­leiden, mijn gedachten kunnen afmaken. Die luiers verschonen, rompers wassen; het stond me zó tegen. Wat mijn vrienden hadden gezegd bleek helemaal niet waar.

Baby nummer twee

Je zou denken dat je dan extra voorzichtig bent met je anticonceptie, maar nee. Baby ­nummer twee kondigde zich aan. Ze was er wel een volgens het boekje, ik denk dat ze de eerste maanden twintig uur per dag sliep. En natuurlijk was ik dankbaar: we hadden twee gezonde meisjes, een huis, een goede relatie. Het klopte. Maar toch was ik niet gelukkig.

“Het klopte. Maar toch was ik niet gelukkig”

Ik heb altijd een hang gehad naar een groots en ­meeslepend leven. Op zoek naar drama en spektakel, dat is hoe vriendinnen van vroeger me zouden omschrijven. En dat is niet hetzelfde als in het dagelijks leven met een gezin ervoor zorgen dat je de hypotheek kunt betalen.

Heel lang heb ik dan ook geprobeerd om datzelfde leven te leiden, maar dan met kinderen erbij. Keihard werken, feestjes aflopen, diners geven voor alle vrienden, elke dag biologisch koken in een opgeruimd en schoon huis; ik vond dat ik het allemaal moest kunnen. Leven deed ik op koffie en wijn. Soms lag ik ’s avonds in bed en realiseerde me: ik heb vandaag niet eens water gedronken.

Roofbouw op mijn lichaam, dat was het. En ik was voortdurend boos. In de supermarkt duwde ik woedend een karretje tegen de enkels van een vrouw omdat ze niet snel genoeg ging. Alles was me te veel, wilden mijn kinderen schilderen of naar de speeltuin, dan draaide ik het meestal zo dat we niet gingen en ik op de bank kon blijven liggen. Het is niet heel chic geweest allemaal. 

Eisen bijstellen

De burn-out die volgde heeft me geholpen om mijn eisen naar beneden bij te stellen, maar nu mijn kinderen tien en twaalf zijn, vind ik het nog steeds zwaar. Ben ik net een boek aan het lezen of lekker aan het werk, komen ze weer met honderd vragen. Of een of ander saai kontverhaal. Ik ben bang dat ze dan aan mijn gezicht zien: o, het interesseert mama niet, maar tegelijkertijd wil ik gewoon dat ze weggaan.

Ik kan jaloers zijn op gescheiden vaders die hun kinderen nog maar om het weekend zien: die hoeven zich heus niet druk te maken of de gymschoenen nog wel passen. Die constante verantwoordelijkheid, de eeuwige zorgplicht. Zorgen dat er brood is, dat er elk dag fatsoenlijk eten op tafel staat, dat er onderbroeken in de juiste maat zijn.

Lees ook – Marthe ging apart wonen van haar gezin: ‘Ik hou van ze maar ik kan het niet’ >

Gevangen

Af en toe voelt het als een gevangenis. Ik wil die moederlast gewoon niet, denk ik vaak. Maar je kunt niet tegen een kind zeggen: doei, was je eigen sokken maar. Of: vind je het eten niet lekker? Prima, dan kook jij toch? In combinatie met mijn werk, het huishouden, alle financiële dingen die er nu eenmaal bij horen, de chaos die ze met zich meebrengen… Het kost me heel veel moeite om dat allemaal draaiende te houden.

“Ik wil hier weg, ik wil eruit! Maar dat kan niet, want ik heb hiervoor gekozen”

Laatst zaten ze weer met lange tanden aan tafel. En ineens werd ik zó boos. ‘Flikkeren jullie allemaal maar ­lekker op,’ schreeuwde ik, ‘anders ga ík wel weg!’ Ik gooide de deur keihard dicht en stampte naar boven. Het ging niet om het eten, of om de kilozak spinazie die mijn man onnadenkend kocht terwijl we al drie weken lang andijvie van de boer aten, en die ik ­woedend voor zijn voeten op de grond smeet. Het gaat erom dat ik denk dat ik stik. Ik wil hier weg, ik wil eruit! Maar dat kan niet, want ik heb hiervoor gekozen.

Mama zijn

Ik houd van mijn dochters. Het zijn echt bijzondere, lieve en grappige kinderen, zoals elke moeder dat over haar kinderen zegt, en ja, ze slaan elkaar de hersens in, maar ze zijn ook vaak super close met elkaar. ‘Jij zou het nog geen week alleen uithouden’, zegt mijn man vaak als ik hem over mijn eigen-stille-huis-in-het-bos-fantasie vertel. En hij heeft waarschijnlijk gelijk, want een leven zonder gezin lijkt me heel kaal. Het is alleen de manier waarop. ­

Gisteravond kwam ik mijn jongste een kus geven, nadat ik vijf keer ‘ga even douchen’ had gezegd en zes keer ‘en nou je tanden poetsen, nee, niet nóg een bladzijde lezen, nu is het echt klaar’. Vlak voor ik het licht uitdeed vroeg ze: ‘Mama, is het leuk om mama te zijn?’ ‘Ja,’ zei ik, ‘maar er is ook heel veel niet leuk aan’.

Want ik kan wel zéggen dat het moederschap het allermooiste in mijn leven is en dat het me compleet vervult, maar dan sta ik te liegen, en ze kijken dwars door me heen. En het is toch ook ­belangrijk dat ze weten dat het leven niet alleen maar leuk is? Ik kies mijn woorden wel zorgvuldig. ‘Ik stik hier, ik haat het’, dat zal ik natuurlijk nooit zeggen. Maar wel dat het niet fijn is om alles zes keer te moeten vragen of om eeuwig in rommel te leven.

Schuldgevoel

Schuldig voel ik me niet. Niet meer, anders ga ik daar óók nog aan onderdoor. Maar ik heb het wel heel lang gedaan. Net zoals ik er lang van overtuigd ben geweest dat ik een slechte moeder ben en dat ik niet voor de universiteit moest gaan sparen, maar voor de therapeut.

Ik was bang dat ik ze door mijn chagrijn en ontevredenheid zou traumatiseren, dat ze later ­zouden denken: o mama, die vond ons saai, die leefde alleen maar voor haar boeken en haar werk. Daar ben ik echt heel bezorgd over geweest, dat ik ze van hun onschuld heb beroofd.

Inmiddels weet ik dat ik niet de enige ben. Ik heb er veel over gelezen, waardoor ik nu snap: ik ben niet gek, er zijn veel vrouwen die twijfel en teleurstelling voelen over het moeder­schap, maar erover gesproken wordt er niet. Zelfs bij mijn eigen vriendinnen merk ik: je mag wel even klagen, maar daarna moet het toch weer positief zijn. Omdat je anders de indruk wekt dat je je kinderen aan het bashen bent.

“Er zijn veel vrouwen die teleurstelling voelen over het moeder­schap, maar er niet over praten”

De slapeloze nachten, de aanslag op je lichaam en je hoofd, de druk die het legt op je relatie; het zal allemaal wel meevallen, dacht ik dan ook voor ik zelf moeder werd. Anders zouden er toch niet zoveel mensen kinderen nemen?

Pas later ben ik gaan beseffen: heel veel ouders zijn gewoon niet eerlijk. Die lichten wel een tipje van de sluier op, maar hoe ze zich écht voelen, wat ze echt tegen­staat aan het ouderschap, daarover wordt niet over gepraat. Het is een taboe, zelfs onder vrienden. Ik heb eigenlijk maar één vriendin met wie ik er wel tot in detail over kan praten. Zij heeft het wijselijk bij één kind gehouden. 

Lees ook – Vrijwillig verplicht: ‘Volgend sportseizoen schrijf ik me in als limonadehaler’ >

Moment voor mezelf

Ik heb gewoon de pech gehad, en ik denk veel moeders met mij, dat afwijkende behoeftes als heel veel alleen willen zijn simpelweg niet rijmen met het ouderschap. Wat mij helpt is als ik binnen die gevangenis van het moederschap toch momenten voor mezelf kan vinden. Nu ze groter worden kan ik eindelijk zeggen: ‘Ik ga boven even yoga doen en ik wil niet gestoord worden.’

En wat ik nooit had gedacht: ik vind het langzaam leuker worden. Die vreselijke huilbuien van de kinderen zijn eraf, er valt met ze te praten. We zitten steeds meer op hetzelfde niveau, sterker nog: we lijken zelfs op elkaar. Ik zie dat mijn kinderen net als ik opladen door alleen te zijn.

Ook daarom wil ik niet liegen over wat het moederschap werkelijk ­inhoudt. Vrouwen die het zwaar vinden zijn vaak een bepaald soort type, heb ik ontdekt, en meestal niet het soort mens dat stabiel, geduldig en goedlachs de dag doorkomt. En daarvan begin ik bij mijn eigen dochters ook al veel te herkennen. ‘Ik wil later geen kinderen hoor’, zei mijn ­jongste laatst, ‘veel te veel werk.’ 

In de donkerste momenten

Toch ben ik vanaf hun geboorte al aan het aftellen. Nog zes jaar en dan is mijn oudste waarschijnlijk de deur uit. Ik verheug me nu al op de tijd die mijn man en ik dan weer samen hebben, alle leuke dingen die we gaan doen, de tijd die ik in mijn werk ga steken.

Maar wat me gek genoeg het meest helpt op mijn donkerste momenten, als ik mezelf heel zielig vind en alles zwaar voelt, is denken: waarom zijn ze hier? Omdat ík hiervoor heb gekozen, omdat ík ze op de wereld heb gezet. En nee, ik wist niet waar ik aan begon, maar zij hebben nergens om gevraagd.

Ik heb er een handje van om dingen die vervelend zijn uit de weg te gaan, zowel in vriendschappen als in liefdesrelaties, maar mijn kinderen zijn het enige waarvoor ik niet weg kan lopen. Zo weet ik mezelf vaak uit zo’n bui te halen: het is geen keuze. Het zijn mijn kinderen, mijn verantwoordelijkheid. Dit is gewoon op de blaren zitten.”

In de glossy Kek Mama lees je de mooiste verhalen, meest herkenbare columns en de leukste fashion en lifestyle tips. Abonneer je nu voor slechts €29,95 per jaar en ontvang de glossy als eerste op je deurmat.