‘Sinds een heftige val van de trap ben ik mijn reukvermogen kwijt’
Door een val van een trap ruikt en proeft Madelon (40) niets meer.
Madelon: “Ik was op het trouwfeest van een collega, het bruidspaar was net vertrokken en ik ging even naar de wc. De bruiloft was in
een monumentaal pand, op mijn hoge hakken moest ik een steile stenen trap af. Waarschijnlijk ben ik achter een steen blijven haken, want ik viel meters naar beneden. Daar weet ik overigens niets meer van, ik ben een paar minuten bewusteloos geweest. Toen er iemand boven me stond en zei dat we naar het ziekenhuis zouden gaan, kwam ik bij.
Iris, een andere collega, had me onder aan de trap gevonden en meteen 112 gebeld. Met een kraag om mijn nek werd ik in een ambulance afgevoerd. Ook van die rit herinner ik me weinig, ik viel steeds weg. Dat gebeurde ook tijdens de MRI-scan die meteen werd gemaakt. Daarop waren gelukkig geen bloedingen in mijn hersenen te zien, maar wel dat ik een flinke dreun had gehad.
Zware hersenschudding
Die nacht moest ik in het ziekenhuis blijven. Ik heb alleen mijn zus gebeld, omdat ik na het feest eigenlijk bij haar in Amsterdam zou logeren. Mijn man Rogier heb ik bewust niets laten weten. We wonen in het oosten van het land. Ik wilde hem niet ongerust maken en bovendien kon hij op dat moment niets doen. Hij lag thuis te slapen met onze oudste zoon Bastiaan, die toen anderhalf was. Ik heb hem ’s ochtends vroeg gebeld om te vertellen over mijn val. Hij is in de auto gesprongen om me op te halen. Ik had een zware hersenschudding en ontzettende hoofdpijn, maar verder niets. Dat dacht ik althans. Ik mocht naar huis, maar moest het wel rustig aan doen.
‘Het smaakte naar niets’
Na een dag of twee hapte ik in een broodje salami toen ik merkte dat het totaal niet naar salami smaakte. Het smaakte naar… helemaal niets. Op dat moment begon het te dagen: ik rook ook helemaal niets. Rogier heeft een fles allesreiniger gepakt en onder mijn neus gehouden. Maar ook die geur kwam niet binnen. Ik raakte in paniek. Wat was dit nou? Hoezo rook ik niets? Ik heb mijn zus gebeld, zij werkt in het ziekenhuis en heeft meteen navraag gedaan bij de afdeling neurologie. Na een zwaar trauma kun je je reukvermogen kwijtraken. Dat heet anosmie. Zoiets kan tijdelijk zijn, maar ook permanent. Omdat reuk het grootste deel van je smaak bepaalt, proefde ik niets.
Zenuwen aanzwengelen
Elke ochtend als ik wakker werd haalde ik mijn neus op, in de hoop wat te ruiken. De reukzenuwen in je hersenen zijn erg kwetsbaar. Door de val zijn die van mij beschadigd en daardoor geven ze geen signalen meer af. Ik ging terug naar het ziekenhuis en in overleg met mijn neuroloog greep ik alles aan om te proberen die zenuwen aan te zwengelen. Van een experiment met medicijnen tot reuktraining met etherische oliën. Wekelijks trok er een manueel therapeut aan mijn hoofd. Voor het eten heb ik weleens op de bloem van de szechuan peper gekauwd, om zo mijn smaakpapillen te stimuleren. Maar niets hielp.
Reuk- en smaakkliniek
Toch ging ik vol hoop naar de enige reuk- en smaakkliniek van Nederland. Als ze ergens iets voor me konden doen, was het daar wel. Uit verschillende onderzoeken kwam nogmaals naar voren dat mijn reukorgaan kapot is en geen signalen krijgt. En het ergste: er kon niets aan worden gedaan.
Lees ook
‘De dag dat mijn vriend in een rolstoel terechtkwam’ >
Achter glas
Omdat ik niets rook en proefde was het alsof ik nergens helemaal bij was. Ik had constant het gevoel dat ik achter glas zat. De eerste maanden was elke maaltijd een teleurstelling. Eten leek in niets op vroeger. Vriendinnen met wie ik vaak uit eten ga, stuurden me een chocoladetelegram om me een hart onder de riem te steken. Lief bedoeld, maar ik proefde er niets van. Bij alles wat ik at, probeerde ik me de smaak in te beelden. Maar van een bord lasagne werd ik echt niet blij; dat smaakte als één zompige bende. Inmiddels kan ik de basissmaken zoet, zuur, bitter, zout en umami een beetje proeven. Ik ga meer op zoek naar verschillende structuren op mijn bord, de sappigheid van een goed stuk vlees en frisse tonen in wijn.
Geuren
Tijdens de zwangerschap van onze tweede zoon Lucas hoopte ik heel erg dat mijn reukvermogen terug zou komen. Want vaak neemt dat toe als je zwanger bent. Helaas. Niets ruikt lekkerder dan je eigen kinderen, maar zijn typische babygeurtje heb ik nooit geroken.
‘Wat een mazzel,’ riepen mensen weleens, ‘dan ruik je zijn poepbroeken ook niet.’ Dat klopt, om dat te checken stak ik mijn vinger altijd in zijn broek. Maar niet kunnen ruiken gaat wel een tikkeltje verder dan een volle luier. Als ik het gas aan laat staan, merk ik dat ook niet. Dus dat check ik eindeloos en door ons hele huis hangen brandmelders. Laatst stond de oven op de verkeerde stand en lag er een brood te verbranden.
Ik had niets door. Gelukkig was er een vriendin bij me. Even proeven of ruiken of eten nog goed is, gaat ook niet. Ook mijn kleren gaan sneller in de was dan vroeger. Ik ben niet de hele dag met deodorant in de weer, maar check wel regelmatig bij Rogier of ik nog fris ruik. Zijn heerlijke typische mannengeur mis ik ook. En als de jongens gaan puberen, moet hij aangeven of ze naar zweet stinken. Niets ruiken is niet levensbedreigend, maar voelt wel als een handicap. Naast de geur van mijn kinderen mis ik de geur van herinneringen. Toen mijn moeder overleed – jaren voor ik viel – heb ik haar ongewassen kussensloop lang bij me gehad in bed. Na mijn val is mijn vader heel onverwacht overleden. Zijn geur kan ik nooit meer terughalen.
Warme lucht
Ik weet niet of het acceptatie is of dat er toch een minuscule verbetering is opgetreden, maar als ik tegenwoordig een ruimte binnenkom, kan ik wel een warme lucht ontwaren. Maar die kan van poep of tomatensoep komen, het verschil ruik ik niet. In het bos raak ik in vervoering van mooie kleuren, niet vanwege de lekkere geur. Gelukkig kon ik altijd al aardig koken en zolang ik een recept volg, gaat het prima. Maar grijp ik naar een nieuw kruid, dan kan ik de plank volledig misslaan.
Tussendoor proeven heeft geen zin, mijn smaak lijkt in niets op die van de rest van mijn gezin. Ik heb weleens bonenkruid bij de boerenkool gegooid, leek me wel interessant. Dat was geen succes. Ook mijn beleving is minder intens, maar dit is nu wat het is, hier moet ik het mee doen. Vroeger kon ik echt heel blij worden van een heerlijk glas wijn, een goed diner. Het is nooit meer echt fantastisch. Ik vind dingen lekker, maar raak er niet meer van in extase.
‘Ik kon er niets aan doen’
In het begin voelde het alsof ik iets stoms had gedaan. Had ik niet naar het feest moeten gaan? Ik was moe, sliep al weken slecht. Eén misstapje had zo’n invloed op de rest van mijn leven. Ik was op zoek naar een reden: hoe komt het dat ik daar ben gevallen? Terwijl ik dondersgoed weet dat het een ongeluk was. Ik kon er niets aan doen. Laatst kwam ik die hoge hakken achter in mijn kast tegen. Ik draag ze amper, en nooit zonder aan die dag te denken.”
Dit artikel staat in Kek Mama 01-2020.
In ons Kek Mama magazine lees je de mooiste verhalen, herkenbare columns en de leukste fashion en lifestyle tips. Abonneer je nu voor slechts € 29,95 per jaar en ontvang de glossy als eerste op je deurmat.