Door een auto-immuunziekte is het voor Rachel Garlinghouse riskant om zwanger te raken. Dus adopteerden haar man en zij vier kinderen. Daar dacht haar omgeving – pijnlijk – nog weleens licht over.
Lees verder onder de advertentie
Niet alleen haar eigen weg naar het moederschap verliep moeizaam. ‘Vriendinnen bleken onvruchtbaar, kregen miskramen, of verloren een kindje’, schrijft Rachel in een blog. ‘En het gemak waarmee mensen dan zeiden: “joh, dan adopteer je toch gewoon”; ik wil het nooit meer horen.’
Toen ze hun eerste kind gekregen hadden, zeiden mensen – in al hun onwetendheid: “Misschien lukt het nog om een kind van jezelf te krijgen”, schrijft Rachel. ‘Maar dit wás ons eigen kind. En dat was geen tweede keus, hij was niet minder waard dan een kind dat ik zelf gedragen zou hebben.’
‘Zomaar even’
Inmiddels zijn ze vier adoptiekinderen verder, en Rachel wil één ding benadrukken: bij adoptie doe je niets, maar dan ook niets ‘zomaar even’. ‘Eer je een keuze hebt gemaakt via welk bureau je wilt adopteren, of waar je überhaupt in aanmerking komt voor een adoptiekind, ben je tijden verder.’ Eerst volgt een uitgebreide screening – en dan is ‘uitgebreid’ zacht uitgedrukt, schrijft ze. ‘Alles om maar te controleren of je het wel waard bent om ouders te worden. En voor wat voor type adoptie kies je daarna? Uit welk land? Sta je open voor een kind met een beperking?’ En dan heeft ze het nog niet eens gehad over de kosten, en alle benodigde juridische hulp.
Het voelde keer op keer ongelooflijk ongemakkelijk, vertelt ze. ‘We bestelden geen broodje; dit ging om een mens.’ Toch was dit alles niet het lastigste van het proces. ‘Want dat was het wachten tot er eindelijk een kind was dat ons nodig had.’ Rachel omschrijft het als ‘pure emotionele marteling’. ‘We wilden zó graag ouders worden.’
Lees verder onder de advertentie
Na veertien maanden wachten op hun eerste kind en op het punt van opgeven, rinkelde de telefoon: ze werden vader en moeder. In de zes jaar daarna adopteerden Rachel en haar man nog drie kinderen. Elk traject verliep anders, maar makkelijk was het nooit. En dat is het nog steeds niet altijd, schrijft Rachel. ‘Geadopteerde kinderen krijgen vaak te maken met complexe emoties.’
Makkelijk moeder
Dus zeg nooit tegen een moeder dat ze ‘gewoon moet adopteren’, herhaalt ze. ‘Adoptie is geen makkelijke manier om moeder te worden. Tegelijk: een écht makkelijke manier om moeder te worden is er nooit.’
Nog vóór je kind de deur uit stapt, is de emotionele “basislijn” voor de dag vaak al bepaald. Niet door een strak schema of een perfect afgevinkte routine, maar door iets anders: hoe veilig en verbonden je kind zich bij jou voelt.
Er is zo’n opvoedwijsheid die hardnekkig blijft hangen: zoals je een kind aanspreekt, zo gaat het zich ook gedragen. Geef je vertrouwen, dan groeit het. Praat je alsof het kind iets kan, dan gaat het eerder proberen om inderdaad “dat kind” te zijn.
Er zijn van die zinnen die automatisch uit je mond rollen zodra je moeder wordt. Je hoeft er niet eens over na te denken, ze zitten ergens opgeslagen tussen de gebroken nacht en de koude koffie. Een daarvan? “Omdat ik het zeg.” Maar hoe vertrouwd die uitspraak ook voelt, hij blijkt in de praktijk minder […]
Steeds meer kinderen hebben een overvol schema, van sport en muziek tot kunst. Waar vroeger één naschoolse activiteit genoeg was, is nu bijna elke vrije minuut ingevuld. Experts spreken van FOMO-parenting.
Iedere moeder heeft haar momentjes. Maar sommige blunders zijn té erg – of te hilarisch – om voor jezelf te houden. In de rubriek ‘Opgebiecht’ delen vrouwen hun grootste geheimen en gênantste momenten. Deze week Romy* tijdens het optuigen van de kerstboom.