Als ouder kan je niet wachten tot je kind gaat kruipen, zitten en lopen. Toch moet je volgens blogger Amber Leventry niet teveel waarde hechten aan die mijlpalen. ‘Ik schepte er over op, maar dat was onterecht.’
Lees verder onder de advertentie
Het eerste kind van Amber was snel, in alle opzichten. ‘Haar eerste tand kwam na drie maanden door en toen ze zes maanden was, trok ze zich al vanuit zithouding omhoog. Met negen maanden liep ze zelfstandig’, zegt ze.
Amber was apetrots op haar dochter. ‘Ik was behoorlijk zelfvoldaan over haar prestaties. Mijn baby was duidelijk superieur aan andere baby’s. Bovendien was ik ervan overtuigd dat mijn dochter goed moest scoren op de lijst van mijlpalen, om te laten zien dat ik een goede ouder was en dat zij zich ontwikkelde als een gezond, normaal kind.’
Lees verder onder de advertentie
Normaal
Pas later ging Amber inzien dat ieder kind zich op zijn eigen tempo ontwikkelt. ‘Mijn andere kinderen gingen pas lopen toen ze één jaar oud waren. Daar maakte ik me meteen zorgen over.’
Ze realiseerde zich uiteindelijk dat het oké is als een kind alle mijlpalen pas later bereikt. ‘Sommige kinderen kruipen nooit, of doen dat op een manier die niet als ‘normaal’ wordt beschouwd. Maar dat betekent niet dat die kinderen niet gezond of normaal zijn. Net als wanneer je kind worstelt met de fijne motoriek of langzaam is in zijn cognitieve ontwikkeling. Dat wil niet zeggen dat er iets mis is met hem.’
Lees verder onder de advertentie
Geen wedstrijd
Amber noemt een onderzoek waaruit blijkt dat kinderen die alles vroeg kunnen, niet per se slimmer zijn. ‘Volgens een studie van het Swiss National Science Foundation zijn alle kinderen gelijk zodra ze naar school gaan – of ze nou al met zes maanden konden kruipen, lopen, of nog helemaal niets van dit alles konden.’
Lees verder onder de advertentie
Het is volgens Amber makkelijk om als ouder verstrikt te raken in de mijlpalen die je kind ‘moet’ behalen. ‘Die lijken ons gerust te stellen: ons kind doet het goed. Maar laten we er vooral geen wedstrijd van maken. Elk kind is anders en het komt echt wel goed met hem. En maak je je zorgen, neem dan contact op met een kinderarts. Die zal je waarschijnlijk geruststellen en je het advies geven om er wat relaxter in te staan.’
En het advies dat Amber zelf geeft? ‘Probeer niet zo opschepperig te zijn, zoals ik was.’
Nog meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een abonnement en profiteer van een geweldige aanbieding: 8 nummers én een Studio Noos-tas voor maar € 49,95!
Anouk is trotse echtgenote van Erwin en mama van vier meiden: Aurélie (11), Emeline (10), Vieve (8) en Lilou (5). In hun levendige huishouden is het soms één en al chaos, maar liefde, gelach en spontane dansfeestjes voeren steevast de boventoon. Anouk deelt vol enthousiasme haar avonturen in het ouderschap.
Iedere moeder heeft haar momentjes. Maar sommige blunders zijn té erg – of te hilarisch – om voor jezelf te houden. In de rubriek ‘Opgebiecht’ delen vrouwen hun grootste geheimen en gênantste momenten. Deze week Romy* tijdens het optuigen van de kerstboom.
Bianca (31) is communicatieadviseur en woont samen met partner Pascal (35) en zoon Floris (2). Met zijn drieën vormen zij een levendig gezin waar zelden iemand stil zit óf zijn mond houdt. In haar eerlijke en herkenbare columns schrijft Bianca over hun gezellige en drukke leven, met alle chaos en liefde die daarbij hoort.
Astma bij kinderen is dus veel meer dan ‘pech in de familie’. Uit een grote studie van het Emma Kinderziekenhuis van Amsterdam UMC blijkt namelijk dat ook je woonplek en thuissituatie een flinke vinger in de pap hebben. Zo wonen kinderen met ernstig astma vaker in een huurhuis, groeien ze op in gezinnen met een […]