Pijnbestrijding bij de bevalling: dit zijn de opties

30.05.2023 15:52

Wie ooit een bevalling heeft meegemaakt weet dat het pijn doet. Een groot deel van die pijn kun je vaak nog wel aan, maar als je wilt kun je medicatie krijgen. Welke soorten dat zijn lees je hier.

Er zijn vrouwen die hun kind in no time op de wereld zetten, maar er zijn er ook die uren moeten zwoegen voordat hun baby geboren wordt. Om vertrouwen te krijgen in jezelf – en je bevalling – kan kennis en informatie over je bevalling je helpen. Zo maak je keuzes die passen bij jou en die ervoor zorgen ervoor dat je vertrouwen groeit, aldus Baby Op Komst.

Zoals geen zwangerschap hetzelfde is, verloopt ook elke bevalling anders. Wel kun je zeggen dat een bevalling te verdelen is in vijf verschillende fases. Die zetten we nog even kort voor je op een rij:

1. De latente fase

Aan het begin van de bevalling is je baarmoedermond nog grotendeels gesloten. In deze eerste fase zorgen de weeën dat je baarmoederhals gaat verstrijken en dat je baarmoedermond begint te ontsluiten. De weeën zijn op dit moment nog niet zo pijnlijk. Vaak kun je zelfs nog je dagelijkse dingen doen.

2. De actieve fase

Je weeën worden steeds heviger, regelmatiger én pijnlijker. Je kunt ze meestal nog wel wegzuchten of opvangen in een houding die voor jou prettig is. In deze fase ga je van zo’n drie tot vier centimeter ontsluiting naar zo’n negen centimeter.

3. De overgangsfase

In deze fase ga je van negen centimeter naar volledige ontsluiting. De weeën zijn nu op z’n hevigst en misschien voel je zelfs al persdrang. Voor veel vrouwen is dit het meest pijnlijke en heftigste moment van hun bevalling.

4. De uitdrijving

Je hebt volledige ontsluiting en je mag gaan meepersen, zodat je kind geboren wordt. Hoewel persweeën pijnlijk zijn, ervaren veel vrouwen het als een verlichting dat ze actief ‘mee mogen doen’ met de bevalling. Niet meer de weeën wegzuchten, maar alle kracht gebruiken om hun baby ter wereld te brengen.

5. De nageboorte

Na je baby moeten ook de placenta en vliezen geboren worden. Ook wel de nageboorte genoemd. Je voelt misschien nog een aantal weeën, maar die zijn lang niet meer zo pijnlijk. Bovendien ben je met je aandacht heel ergens anders omdat je baby waarschijnlijk heerlijk in je armen ligt.

Lees ook: cursus grip op je bevalling

Wat kun je doen tegen de pijn?

Hoe je pijn tijdens een bevalling ervaart, verschilt enorm per persoon. Waar de één het prima aankan tot de volledige ontsluiting, zit de ander al tegen het plafond bij nog geen twee centimeter. Houd er rekening mee dat je van tevoren een hoop kunt bedenken, maar dat je pas op het moment zelf merkt wat je prettig vindt.

Natuurlijk kun je om medische pijnbestrijding vragen, maar je kunt ook zelf een aantal dingen proberen om de weeën op te vangen. Dit noem je de natuurlijke pijnbestrijding. Let bijvoorbeeld goed op je ademhaling en probeer verschillende houdingen uit zoals zitten op een bal, hangen tegen de muur of liggen op je bed. Omdat warmte zorgt voor pijnverlichting kan ook een bad of douche helpen.

Wordt de pijn te hevig? Dan kun je om pijnbestrijding vragen. Hieronder leggen we uit welke hulptroepen je wanneer in kunt schakelen.

Pethidine

Dit is een soort morfine, die je toegediend krijgt via een prik in je bil of bovenbeen. Je kunt het pas krijgen nadat met een CTG scan gecontroleerd is of de hartslag van je baby in orde is. Is dat het geval? Dan kun je pethidine krijgen. Het effect begint na ongeveer een kwartier en duurt zo’n twee tot vier uur.

  • De voordelen: het geeft een rustgevend en slaperig effect en is makkelijk toe te dienen.
  • De nadelen: je kunt last krijgen van misselijkheid en jeuk. Ook kan je baby suf en slaperig zijn bij de geboorte, het middel komt namelijk via je placenta ook bij je baby. Het kan ook zijn dat de kleine even hulp nodig heeft met ademhalen. Om die reden wordt pethidine liever niet gegeven twee tot vier uur vóór de geboorte.

Remifentanil

Bij deze vorm van pijnstilling bepaal je zelf hoeveel je binnenkrijgt. Het wordt namelijk toegediend via een infuus met een pompje, waarbij je zelf de knop bedient. Uiteraard is ook hier een begrenzing waardoor je jezelf nooit teveel kunt geven. Het werkt per keer ongeveer drie tot vijf minuten.

Dit middel is vooral geschikt als er wordt verwacht dat je snel gaat bevallen en maar kort pijnstilling nodig hebt. Het is ook de beste optie als je geen ruggenprik wilt (of kunt) krijgen.

  • De voordelen: het is een korte en krachtige pijnstiller die snel weer uit je lichaam verdwijnt. Je hebt er bovendien zelf de regie mee in handen.
  • De nadelen: je krijgt een infuus en je bloeddruk en ademhaling moeten steeds gecontroleerd worden. Ook kan je ademhaling er minder door worden en is het onbekend wat de gevolgen voor je baby zijn op de lange termijn.

Lees ook: Alles wat je wilt weten over hypnobirthing

Ruggenprik

Deze wordt gezet door een anesthesioloog. Via een katheter wordt er verdovingsvloeistof tussen je ruggenwervels gespoten. Na een ruggenprik voel je niet alleen de weeën niet meer, ook het gevoel in de onderkant van je rug, billen en benen wordt tijdelijk minder.

  • De voordelen: een ruggenprik is de meest effectieve vorm van pijnbestrijding tijdens de bevalling.
  • De nadelen: er is bewakingsapparatuur nodig en het duurt even voor de ruggenprik goed werkt. Duurt de bevalling niet lang meer dan kun je ‘m niet krijgen. Bovendien heb je meer kans op koorts, kan je bloeddruk dalen en duurt de uitdrijvingsfase (het persen) gemiddeld een kwartier langer.

Denk er vooraf over na

Het is goed om voor je bevalling na te denken over op welke manier je jouw kindje ter wereld wilt laten komen en welke vorm van pijnbestrijding bij jou past. Mocht dat nodig zijn. Bespreek dit met je verloskundige én je partner en noteer eventuele wensen in je geboorteplan. Mocht je tijdens de bevalling niet meer aan kunnen geven wat jouw wensen zijn, dan kunnen de zorgverleners dat hier uit halen.

Bron: Baby Op Komst

Nog meer weten over je zwangerschap of bevalling?
Volg ons op Facebook en Instagram. Of neem een abonnement >