Elke woensdag vertelt een leerkracht aan Kek Mama wat ze meemaakt. Deze keer: juf Frederique (58) geeft les aan Joris en Thijn (8) in groep 6.
Lees verder onder de advertentie
Dinsdagochtend elf uur. Groep zes heeft net gym gehad in een zaaltje vlakbij school. Dertig kinderen staan in slagorde opgesteld om terug te lopen. Vlak voor het startsignaal zegt Joris (8): “Juf, ik moet plassen.” “Ik ook”, zegt Thijn. “Dat hadden jullie eerder moeten vragen”, zeg ik. “Wacht maar tot we op school zijn.” Onderweg zie ik Joris en Thijn uit de rij naar een boom lopen om alsnog te plassen.
Lees verder onder de advertentie
Twee minicorpsballetjes
“Juf is een aap”, zegt Joris. Thijn: “Een apenneuker.” Ze liggen dubbel. Het zijn net twee minicorpsballetjes. Helaas voor hen heb ik een extreem goed gehoor. “WAT ZEIDEN JULLIE DAAR?” roep ik. “Naar de directeur jullie!” Terwijl de twee zich bij aankomst, nu iets minder blij, naar de directiekamer begeven, denk ik aan de SIRE-reclame: ‘Laat jij jouw jongen genoeg jongen zijn?’ Ik vind: jongens blijven jongens, dat krijg je er echt niet uit.
Lees verder onder de advertentie
Klapperende oren
Je kunt een paard ook geen koe laten zijn. Stimuleren is niet nodig, ze zoeken het zelf wel op. Onlangs sprak ik oud-leerling Maarten, een jongen die netjes rechten studeert en al zijn tentamens haalt. Hij vertelde wat hij en zijn vriendjes uitspookten na school zonder dat ik het wist. Mijn oren klapperden.
Ze plasten in colaflesjes, zetten die schuin tegen een willekeurige voordeur en trokken dan belletje. Als het sneeuwde, gooiden ze bevroren hondenpoep in de rode brievenbus op de hoek. Ze sloegen met takken op auto’s. Beschoten elkaar met BB-guns en stookten fikkies in het park.
Lees verder onder de advertentie
Natuurwet
De gedachte achter de SIRE-reclame is dat jongens hun gedrag tegenwoordig moeten aanpassen aan vrouwelijke normen. Op zich klopt dat. Ik herinner me van mijn eigen schooltijd dat jongens elkaar permanent de hersens insloegen. Wij meisjes vonden dat belachelijk, maar aanvaardden het wel als een natuurwet.
Mijn – overwegend vrouwelijke – collega’s en ik staan vechten niet toe. Jongens die zich eraan bezondigen halen we meteen uit elkaar, en ze moeten sorry zeggen. Toen ze een rugbycompetitie opzetten, verboden we die nadat een jongen zijn enkel verstuikte. Belemmeren we daarmee hun ontwikkeling? “Nee hoor”, zegt Maarten. “Wij vonden het grappig als jullie iets verboden. Verboden dingen doen is leuk. Dan verzonnen we weer iets anders.”
Lees verder onder de advertentie
‘Groete van Joris en Thijn’
De volgende dag komen Joris en Thijn met hun braafste tronies voor mijn lessenaar staan. Ze geven me een briefje: ‘Beste juf. We zullen u nooit meer apeneuker noemen. Groete van Joris en Thijn.’ In gedachten zie ik ze later bij een biertje herinneringen ophalen aan ‘juf apeneuker’. Ik doe mijn best om niet in lachen uit te barsten en ze een knuffel te geven. In plaats daarvan geef ik ze een zo stoer mogelijke high-five.
Dit artikel heeft eerder in Kek Mama gestaan.Meer verhalen van De juf? Lees hier de eerdere afleveringen.
Boys moms weten: zoons kunnen heftig zijn. Zo ook het zoontje van Frida, toen ze op vakantie was in Kroatië met haar gezin. Hij legde eigenhandig het hele zwembad plat. Per ongeluk.
Elke ouder weet: er komt een moment en dan pikt je kind iets op wat ie absoluut niet had mogen horen. Zo liet de vijfjarige Hugo op een subtiele, maar duidelijke manier weten hoe zijn vader over bepaalde collega’s denkt.
Met twee gezinnen op vakantie, hoe meer zielen, hoe meer vreugd, dachten Anna en haar man. Dat viel tegen, bleek toen ze eenmaal in Frankrijk gearriveerd waren.
Wanneer je de eerste bent in je vriendengroep die moeder wordt, vergt dat wat aanpassingsvermogen van de rest. Een vaardigheid die niet iedereen even goed onder de knie heeft. Dat bleek wel, toen een vriendin van Noëlle met dit kraamcadeau op de proppen kwam.
Toen Rosie een baby was, vond ik uiteten gaan best een uitdaging. Nu ze twee is, valt het nog niet altijd mee. En dat heeft niet alleen met het kind te maken.
We bereiden ons maandenlang voor op dé grote dag: de bevalling. Bevalplan? Check. Pufcursus? Check. Maar van presentatrice Shelly Sterk mogen we ons best vaker focussen op de periode ná de geboorte, het herstel: “Je lichaam is de volgende dag echt niet klaar voor een wandeling van tien kilometer achter de kinderwagen.”