‘Een speelgoedpistool komt er bij ons thuis niet in’

Met twee zoons in huis is Amber Leventry vaak onderdeel van een piratengevecht of ander spel waarbij ‘wapens’ worden gebruikt. Logisch, vindt ze, maar een plastic pistool zal ze nooit voor haar kinderen kopen.
‘Mijn kinderen zijn negen en zes. Ze hebben speelgoedzwaarden, toverstokken, ninjasterren en nog veel meer. Ze spelen piraatje en andere spellen waarbij een ‘wapen’ wordt gedragen om slechteriken te bestrijden’, vertelt Amber. ‘Mijn jongste omcirkelt in iedere speelgoedgids de nieuwe plastic pistolen. Maar ieder jaar vertel ik hem dat hij die niet krijgt.’
Verwoestend
Amber heeft namelijk één regel in huis die heilig is: haar kinderen kunnen met allerlei speelgoedwapens spelen, maar niet met pistolen. ‘Ik wil dat mijn kinderen begrijpen wat voor verwoesting ze zouden kunnen veroorzaken als ze de trekker van zo’n pistool overhalen – voor zichzelf of voor anderen. Net zoals ik ze niet ongepast taalgebruik laat gebruiken tegen iemand om ‘grappig’ te zijn, laat ik ze ook niet met geweren spelen om te doen alsof.’