Grote zorgen rondom kinderdagverblijven en bso’s: wat gaat er mis?

In Amsterdam werd in april nog een crèche gesloten omdat kinderen ondermaats werden opgevangen. Bij Het Droombos werd een huilende baby in een wipstoel ruim een half uur genegeerd, een baby die contact wilde maken, werd in een wipstoel met de rug naar anderen gezet en de ruimtes waren ver onder de minimale 20 graden. En ook begin dit jaar werden ouders opgeschrikt door vreemde beelden afkomstig van kinderopvang Kindergarden in Amsterdam. Een stagiaire had heftige beelden van kinderen gedeeld via social media. Ze werd per direct ontslagen nadat uitlekte dat zij de beelden had gedeeld. 

Incidenten in de kinderopvang

Het is de nachtmerrie van iedere ouder en toch gebeurt het vaker dan je denkt. Hoewel het merendeel van de incidenten bij de kinderdagverblijven gelukkig met een sisser afloopt, zijn er het afgelopen jaar ook hele tragische ongevallen in de kinderopvang gebeurd. Zoals de peuter die in Zwolle te water raakte en met spoed per traumahelikopter moest worden overgebracht naar het ziekenhuis, het jongetje van 2 dat overleed op de crèche in Huizen of het kindje dat in Arnhem overleed aan wiegendood.

Dit soort heftige ongevallen zijn uitzonderingen op de regel, maar het aantal incidenten stijgt ieder kwartaal opnieuw. Dat merkt Het Klachtenloket Kinderopvang ook. Denk aan weggelopen kinderen, kinderen die ergens van afvallen of andere ongevallen door te weinig toezicht. 

Inspectie

Volgens Brancheorganisatie Kinderopvang (BK) is het tekort aan personeel een grote boosdoener. Vorig jaar werd er zelfs een brief naar de ministeries van Sociale Zaken en Onderwijs gestuurd om de noodklok te luiden. Maar liefst een derde van de crèches en bso’s kampt met dit probleem. In totaal zijn er minstens zevenduizend medewerkers te weinig en dat aantal dreigt alleen maar op te lopen. Dat brengt de kwaliteit van de kinderopvang in gevaar. 

Lees ook: Kraamzorg in zwaar weer: “Ons mooie beroep dreigt te verdwijnen”

Iedere opvang krijgt een risicoprofiel na inspectiebezoeken: groen (weinig zorgen) tot rood (ernstige zorgen). Deze risicoprofielen worden intern gebruikt en zijn dus niet inzichtelijk. Uit onderzoek van AD blijkt nu dat maar liefst 1 op de 12 crèches en bso’s een oranje of rood risicoprofiel heeft. Per regio bestaan er wel grote verschillen, waar die verschillen precies vandaan komen is onduidelijk. 

Onenigheid over de juiste oplossing

BOinK, de belangenvereniging van ouders in de kinderopvang, roept op tot actie. Zij benadrukken de risico’s van het inzetten van meer stagiairs en pleiten voor maatregelen, zoals het sluiten van groepen bij onvoldoende personeel. De Brancheorganisatie Kinderopvang pleit juist voor maatregelen zoals het aantrekken van zij-instromers en het aanpassen van de personeelsnormen voor babygroepen. 

Gjalt Jellema, voorzitter van BOinK, vindt dat een slecht idee. Aan het AD vertelt hij: “Neem het weglopen: kinderen zijn echte Houdini’s, ze proberen hem altijd te smeren. Ervaren vaste gezichten kennen de kinderen en letten met name op de jongens en meisjes die het proberen. Bij meer stagiairs komt dat onder druk.” Dán maar liever gesloten groepen. 

De Brancheorganisatie Kinderopvang wil het recht op kinderopvang voor ouders juist niet inperken. Directeur Emmeline Bijlsma denkt dat een tijdelijke versoepeling de kwaliteit niet zal verlagen. “Zolang een stagiair een vast gezicht is en er op een groep een ervaren medewerker aanwezig is, zien wij geen probleem.”

Het staat vast dat er actie nodig is. Het welzijn en de veiligheid van kinderen moet altijd vooropstaan. Terwijl de discussie voortduurt over hoe we dit het beste kunnen waarborgen, is één ding duidelijk: verbeteringen zijn dringend nodig in de kinderopvangsector. En die gratis kinderopvang? Die kunnen we voorlopig wel vergeten. Dan wordt de druk alleen nog maar groter. 

Bron: AD