In de eerste maanden van z’n leven wil je baby niets liever dan jouw borst of melk uit de fles. Maar er komt een moment dat hij toe is aan z’n eerste hapjes. Wanneer is dat precies en wat geef je ‘m dan?
Lees verder onder de advertentie
Je kind gaat met de pot mee-eten op een leeftijd van 1 jaar. Wel heeft hij vanaf zes maanden al vaste voeding nodig, naast de borst of fles. En dat gaat er natuurlijk niet zomaar in; je start met het geven van oefenhapjes.
Lees verder onder de advertentie
Wanneer beginnen met oefenhapjes?
Dat is moeilijk te zeggen, want iedere baby is natuurlijk anders. Je merkt vanzelf aan je kind of hij klaar is voor z’n eerste kleine hapjes. Hij kan bijvoorbeeld smakkende geluidjes maken of het eten uit je mond kijken: allemaal tekenen die laten zien dat hij ‘echt voedsel’ wil proeven.
Het Voedingscentrum raadt aan om te starten met oefenhapjes tussen de vier en zes maanden. Geef je kind in elk geval niet vóór vier maanden z’n eerste hapjes en ook niet te laat (dus na zes maanden). Hij heeft namelijk tijd nodig om eraan te wennen en vanaf zes maanden heeft hij de oefenhapjes ook echt nodig, naast de borst- of flesvoeding.
Lees verder onder de advertentie
Je kunt het beste oefenhapjes blijven geven tot je kind ongeveer acht maanden oud is. Vanaf dat moment vervang je de borst- of flesvoeding langzaam voor echte maaltijden.
Wat geef je?
Vrij simpel: alles wat jij zelf ook eet. Maar een aantal producten kun je een baby beter nog niet geven, zoals rauw vlees, rauwe vis en honing. Begin bijvoorbeeld met een lepeltje zachte groente, zoals broccoli of pompoen. Fruit is ook prima: de meeste baby’s zijn dol op een eerste fruithapje met zachte smaken zoals banaan, peer of appel.
Houd er rekening mee dat je kind niet meteen een gat in de lucht zal springen (als-ie dat al zou kunnen) zodra je het eerste lepeltje aanbiedt. De kans is groot dat je getrakteerd wordt op een vies gezicht. De smaak, een (voor hem) vreemde structuur en het feit dat hij het moet doorslikken, zijn allemaal nieuw voor hem. Geef je kind de tijd om te wennen aan de oefenhapjes en biedt een aantal dagen achter elkaar hetzelfde eten aan, om hem daarbij te helpen.
Begin met één of twee keer per dag drie tot vier lepeltjes. Gaat dat goed, dan kun je iets meer geven. Prak de oefenhapjes met een vork heel fijn en voeg eventueel wat water of margarine toe om het wat smeuïger te maken. Gaat het op een gegeven moment vlot naar binnen? Dan kun je het eten ook in iets kleinere stukjes snijden. Blijf wel altijd bij je kind als hij eet, mocht hij zich verslikken.
Lees verder onder de advertentie
Wat is het juiste eetmoment?
Geef de oefenhapjes meteen na een borst- of flesvoeding. Of ook prima: tussen twee voedingen door. Je baby is dan ontspannen en heeft niet enorme honger en kan dus in alle rust (hoop je) iets nieuws proberen.
Wat is de Rapley-methode?
In plaats van gepureerd eten kun je je kind ook stukjes eten geven, die hij zelf in zijn mond kan stoppen. Je noemt dit de Rapley-methode. Doe dit echter pas als je kind goed rechtop kan zitten en goed kan slikken en kauwen. Volgens het Voedingscentrum is het veiliger om te beginnen met geprakte of gepureerde hapjes en die uiteindelijk steeds minder fijn te maken.
Lees verder onder de advertentie
Wat te doen bij een voedselallergie?
Als je baby eczeem of een voedselallergie heeft, bijvoorbeeld voor ei of pindakaas, dan is het extra belangrijk om vroeg te starten met het geven van dit soort producten. In ieder geval vóór zes maanden. Uit onderzoek is gebleken dat overgevoeligheid voor bepaalde soorten voedsel afneemt als je tussen de vier en zes maanden met oefenhapjes begint.
Voeg bijvoorbeeld een klein beetje pindakaas of wat ei toe aan een groente- of fruitprakje, zodra je baby aan die smaak gewend is geraakt. De dagen daarna geef je elke dag steeds een beetje meer.
Lees verder onder de advertentie
Meer over voedselallergieën bij baby’s lees je hier.
Denise (45) had een relatie met een twaalf jaar jongere man toen ze op haar 38ste werd overvallen door een niet te stuiten kinderwens. Inmiddels is dochter Isabeau zes. Ze ziet haar vader één zondag per maand.
Olympisch schaatskampioen Irene Schouten werd een half jaar geleden moeder van haar zoontje Dirk. Inmiddels zit ze op een roze wolk, maar haar zwangerschap was allesbehalve rooskleurig.
Van gymtassen inpakken tot zwemlessen plannen, van BSO-schema’s tot traktaties regelen: het loopt allemaal via jouw hoofd. En nu blijkt uit onderzoek dat al die mentale to-do’s niet alleen jouw brein bezetten — maar ook je relatie beschadigen.
In het televisieprogramma De Klassenavond doet Erwin een aangrijpend verhaal over zijn dochter, die hij al twaalf jaar niet meer heeft gezien. In gesprek met presentator Rob Kamphues vertelt hij openhartig over het gemis en de pijn die hij dagelijks voelt.
Soms kunnen leraren niet helemaal eerlijk zijn tegen ouders. Beleefdheid en professionaliteit gaan nu eenmaal voor — en dus zeggen ze op het rapport dat je kind een “sociale persoonlijkheid” heeft, terwijl ze bedoelen dat hij of zij de hele dag door kletst.