Foto: Getty images
Is jouw kind deze avond ook op pad geweest voor Halloween met maar een doel: zo veel mogelijk snoep verzamelen? Hoe zorg je ervoor dat je kinderen niet de komende dagen in één ruk al die snoepjes verorberen en veranderen in hyperactieve suikerbommen? Hier zijn drie tips om op een speelse manier die snoephonger een beetje in te dammen.
Snoep-bingo is een leuke manier om de snoepjes wat meer gespreid te verdelen over de dagen, zonder dat je kinderen meteen beginnen tegen te stribbelen. Maak een eenvoudige bingokaart, waarbij je elk vakje labelt met een activiteit of een kleine opdracht, zoals “Zing een liedje”, “Doe een dansje”, “Help met de afwas” of zelfs iets als “Geef een knuffel”.
Na elk succesvol uitgevoerde opdracht mogen ze een vakje aankruisen, en zodra ze een rij vol hebben, krijgen ze een snoepje als beloning. Je kunt zelfs een grote prijs maken: een klein handjevol snoepjes als ze de hele kaart hebben afgevinkt. Maar pas op: grote kans dat ze na een kaart snel bij jou terugkomen voor de volgende bingo-ronde.
Halloween snoepjes zijn er in vele ‘enge’ vormen, gekke kleuren en nieuwe smaken. Waarom niet van deze diversiteit gebruikmaken om het snoep ‘bewust’ te consumeren? Speel een smaak-experiment waarbij kinderen elk snoepje eerst moeten proeven en beschrijven voordat ze het mogen opeten.
Is het zoet of zuur? Plakkerig of knapperig? En wat voor kleur en geur heeft het? Dit maakt het snoepen meer een spel dan een snelle hap, en kinderen nemen zo tijd om te proeven in plaats van zo snel mogelijk naar binnen te werken.
Je kunt er zelfs een soort mini-recensie van maken: elk snoepje krijgt een score op basis van smaak, textuur en uiterlijk. Na een paar dagen kunnen jullie de “Halloween Snoepgids” samenstellen waarin alle favorieten staan. Zo wordt snoepen een echte activiteit en ontstaat er misschien zelfs een leuk spelletje wie de beste ‘snoepkenner’ is.
Maak van het snoepavontuur een leerzame ervaring door een kleine snoepwinkel in huis te creëren. Geef je kinderen elke dag een bepaald aantal “snoepmuntjes” die ze mogen besteden in de winkel. In deze winkel, die jij runt (inclusief je beste kassajuffrouw-stem natuurlijk), kosten verschillende snoepjes een bepaald aantal muntjes. Zo is bijvoorbeeld een chocoladereep drie muntjes, een lolly twee muntjes en een kleine kauwgombal één muntje.
Kinderen leren zo op een speelse manier omgaan met keuzes maken en budgetteren. Willen ze meteen hun muntjes opmaken of bewaren ze deze voor later? Deze aanpak moedigt aan om slim met hun voorraad om te gaan en niet alles in één keer op te eten.
Bovendien kun je samen een moment maken van het “winkelen” en de snoepjes extra speciaal maken door een beetje theatrale flair in te brengen met een kassa-medewerker met gek stemmetje. Happy Halloween!
In ons Kek Mama magazine lees je de mooiste verhalen, herkenbare columns en de leukste fashion en lifestyle tips. Abonneer je nu voor slechts € 29,95 per jaar en ontvang de glossy als eerste op je deurmat.
Nog vóór je kind de deur uit stapt, is de emotionele “basislijn” voor de dag vaak al bepaald. Niet door een strak schema of een perfect afgevinkte routine, maar door iets anders: hoe veilig en verbonden je kind zich bij jou voelt.
Kalvijn en Nina hebben ervoor gekozen om hun kindje zo min mogelijk op social media te delen.
Anouk is trotse echtgenote van Erwin en mama van vier meiden: Aurélie (11), Emeline (10), Vieve (8) en Lilou (5). In hun levendige huishouden is het soms één en al chaos, maar liefde, gelach en spontane dansfeestjes voeren steevast de boventoon. Anouk deelt vol enthousiasme haar avonturen in het ouderschap.
Kirsten Schilder is getrouwd met zanger Nick Schilder en moeder van Nikki, Julian en Jackie. Daarnaast is ze oprichter van Making Memories.
Iedere moeder heeft haar momentjes. Maar sommige blunders zijn té erg – of te hilarisch – om voor jezelf te houden. In de rubriek ‘Opgebiecht’ delen vrouwen hun grootste geheimen en gênantste momenten. Deze week Romy* tijdens het optuigen van de kerstboom.
Er is zo’n opvoedwijsheid die hardnekkig blijft hangen: zoals je een kind aanspreekt, zo gaat het zich ook gedragen. Geef je vertrouwen, dan groeit het. Praat je alsof het kind iets kan, dan gaat het eerder proberen om inderdaad “dat kind” te zijn.
