Patricia van Liemt is radiopresentator, schrijver en moeder van Maria (13) en Phaedra (10). Elke vrijdag schrijft ze rake, eerlijke, grappige en vooral herkenbare columns over haar leven en het moederschap.
Lees verder onder de advertentie
Deze week zijn er veel ouders wakker geschud en niet door hun pasgeboren huilende baby, maar door de krantenkoppen die melden dat een kind vanaf nu een dubbele achternaam kan krijgen. Hal-le-fucking-lu-ja! Er is iemand wakker geworden in Den Haag. Jarenlang wilden paps ook wat melk in de pap te brokkelen hebben, dus gaat gans land al decennia lang overstag dat het kind zijn achternaam krijgt. Volslagen idioot natuurlijk.
Hoe blij ik ook ben met dit nieuws, het maakt me ook een beetje verdrietig. Maar waarom dan Patricia, hoor ik je denken? Nou, omdat we dus eigenlijk nog verschrikkelijk ouderwets zijn met z’n allen. We denken dat de emancipatie zich al heeft voltooid, maar niets blijkt maar weer eens minder waar te zijn. Tja, en ook ík ben er dertien jaar geleden volledig ingestonken. Ik was heel erg zwanger, heel erg blij én heel erg opgelucht dat we een compromis hadden over de eerste naam, dat ik over de achternaam geen seconde had nagedacht. Dat werd die van hem. Dat was logisch. Ik had die naam immers ook al klakkeloos aangenomen in een witte jurk. Sterker nog, in mijn paspoort staat ‘echtgenote van…’ OMG! En dat ding verloopt voorlopig ook niet (*volgende project).
“Ik was heel erg zwanger, heel erg blij én heel erg opgelucht dat we een compromis hadden over de eerste naam, dat ik over de achternaam geen seconde heb nagedacht”
Lees verder onder de advertentie
Goed, sinds 1 januari mag je kind dus een dubbele achternaam dragen. Mooi, ware het niet dat er wel wat burgerlijke haken en ogen aan zitten. Zo kan het alleen bij het eerste kind van het gezin. De daarop volgende spruiten krijgen dan automatisch ook deze twee achternamen en in die volgorde. En mocht je duiding van een koppelteken ‘lekker’ vinden. Forget it! Dat mag je niet gebruiken.
Piepende bandjes
Toch was ik ook wel een beetje blij, dus ging ik met piepende bandjes richting het gemeentehuis om de achternamen van mijn kinderen aan te passen. Hijgend stond ik aan het loket toen de ambtenaar mij vroeg wanneer mijn oudste dan geboren was? ‘In 2010’ antwoordde ik braaf. ‘Dan gaat dat helaas niet voor u op mevrouwtje.’ ‘Wat?!’ ‘Nee, dit geldt alleen voor kinderen die geboren zijn ná 2016.’ *stilte ‘Waar is het emigratieloket?’
Nog vóór je kind de deur uit stapt, is de emotionele “basislijn” voor de dag vaak al bepaald. Niet door een strak schema of een perfect afgevinkte routine, maar door iets anders: hoe veilig en verbonden je kind zich bij jou voelt.
Er is zo’n opvoedwijsheid die hardnekkig blijft hangen: zoals je een kind aanspreekt, zo gaat het zich ook gedragen. Geef je vertrouwen, dan groeit het. Praat je alsof het kind iets kan, dan gaat het eerder proberen om inderdaad “dat kind” te zijn.
Anouk is trotse echtgenote van Erwin en mama van vier meiden: Aurélie (11), Emeline (10), Vieve (8) en Lilou (5). In hun levendige huishouden is het soms één en al chaos, maar liefde, gelach en spontane dansfeestjes voeren steevast de boventoon. Anouk deelt vol enthousiasme haar avonturen in het ouderschap.
Er zijn van die zinnen die automatisch uit je mond rollen zodra je moeder wordt. Je hoeft er niet eens over na te denken, ze zitten ergens opgeslagen tussen de gebroken nacht en de koude koffie. Een daarvan? “Omdat ik het zeg.” Maar hoe vertrouwd die uitspraak ook voelt, hij blijkt in de praktijk minder […]
Steeds meer kinderen hebben een overvol schema, van sport en muziek tot kunst. Waar vroeger één naschoolse activiteit genoeg was, is nu bijna elke vrije minuut ingevuld. Experts spreken van FOMO-parenting.