‘Mama, wil je papa nu weer levend maken?’

11.12.2022 15:25

Tabitha (43) woont met haar zoontjes Teun (7) en Willem (3) in Haarlem. Haar man kreeg een jaar geleden de diagnose: onbehandelbare hersentumor. Een maand later was hij overleden. Hoe ga je als gezin verder na zo’n plotseling verlies? In deze columns krijg je een inkijkje in momenten die zij meemaken. Het eerste jaar zonder papa.


Het is zaterdagochtend en we hangen wat in huis rond. Ik heb nergens zin in. Met z’n viertjes gingen we op zaterdag vaak in de stad of op het strand lunchen, zo rolden we het weekend lekker in. Nu ben ik gewoon moe. Mijn hoofd zit vol en ik wil even niet meer zorgen. Dus ik bedenk dat we naar het pannenkoekrestaurant in de buurt gaan, die heeft een enorm springkussen. Dan kan mama even zitten en de jongens spelen (lees: mij met rust laten). De jongens reageren wild enthousiast en we springen op de bakfiets. 

Terwijl de jongens lekker spelen, heb ik pannenkoeken en een glas wijn voor mezelf besteld. Dit gaat de goede kant op! Er zitten uiteraard veel gezinnen om ons heen en daardoor voel ik me op dit moment wel echt ‘de weduwe’. In mijn hoofd beantwoord ik de vragen van mensen: ‘Ja, ik ben hier alleen.’ ‘Nee, ik ben niet gescheiden, mijn man is overleden.’ ‘Nee, ik wil dit liever ook niet.’ Maar iedereen is met z’n gezin bezig en waarschijnlijk vraagt niemand zich af waarom ik hier zonder man ben. En, hoe vaak zitten er niet een moeder alleen met haar kinderen op een terras?  

Op een gegeven moment zie ik Teun vanaf het springkussen iets te lang naar een vader kijken die met een jong kind op schoot speelt. Als hij bij mij komt, vraag ik hem of het lastig vindt dat er hier andere papa’s zijn? ‘’Ja,” antwoordt hij volmondig. “Je hebt vast elke dag wel zo’n moment?” Hij knikt bevestigd. Sinds Frank er niet meer is, valt het mij ook op. Hoe vaak er op straat, in een speeltuin, in een winkel of bij het voetbalveld het woord ‘papa’ valt. Het is iets dat nog steeds niet went en wat voor een pijnlijke steek in mijn lijf zorgt. Laat staan hoe Teun en Willem dit ervaren. Ik zeg tegen Teun dat ik hem heel goed begrijp. “Als ik iets kan doen, laat het me weten.” “Ja, er is wel één ding,” antwoordt hij “papa weer levend maken.” Kon ik het maar lieverd, dan had ik het allang gedaan.