Tijdens gesprekken op het reguliere consultatiebureau delen ouders nauwelijks hun vragen of zorgen over vaccinatie, ook niet wanneer zorgverleners erom vragen, blijkt uit onderzoek van taal- en communicatiewetenschapper Robert Prettner.
Lees verder onder de advertentie
“De gesprekken zijn erop gericht om snel de vaccinatiebereidheid van ouders te achterhalen en bieden weinig ruimte voor een diepgaand gesprek. Zelfs open vragen, zoals: “Hoe staan jullie tegenover vaccinaties?” worden door ouders meestal opgevat als een verzoek om een keuze te maken: wél of niet vaccineren. Ouders kunnen dan vaak niet meer hun vragen stellen of twijfels uiten.” Een door Prettner en zijn team ontwikkelde communicatietraining voor zorgverleners moet hierin verandering brengen.
Lees verder onder de advertentie
Vertrouwen in rijksvaccinatieprogramma
Het vertrouwen in het rijksvaccinatieprogramma, positieve opvattingen over kindervaccinatie en de vaccinatiegraad laten een dalende trend zien. Prettner constateert dat dit thema de samenleving bezighoudt. “Het raakt mensen diep. Het gaat over vertrouwen, gezondheid, keuzevrijheid en ouderschap. Dit maakt het een voortdurende bron van polarisatie. Tussen zorgprofessionals en burgers, maar ook tussen vrienden of familieleden.”
Prettner ziet dan ook een belangrijke rol weggelegd voor consultatiebureaus. “Gesprekken op het consultatiebureau zijn cruciaal om een vertrouwensbasis met zorgverleners op te bouwen en te onderhouden. Het is een unieke kans om ouders goede informatie te bieden en zorgen of vragen te bespreken.”
Dat ouders hun zorgen en vragen over vaccinaties op het reguliere consultatiebureau niet delen betekent volgens Prettner niet dat die behoefte er niet is: ”Dat blijkt onder andere uit gesprekken die op antroposofische consultatiebureaus gevoerd worden.”
Onderzoek
Tijdens het onderzoek analyseerde Prettner 90 video-opnames van gesprekken op het consultatiebureau. Het bleek dat veel gesprekstechnieken ouders bijna geen ruimte gaven hun zorgen over vaccinaties te delen of hierover vragen te stellen. Vaak zonder dat de vragenstellers hier erg in hadden.”
Prettner: “Deze bevindingen hebben we vertaald naar een communicatietraining voor zorgverleners die gesprekken over vaccineren met ouders voeren. Gesprekken waar ruimte is voor informatie, vragen en twijfels. In de nabije toekomst zal worden onderzocht in hoeverre deze communicatietraining daadwerkelijk de vaccinatiebereidheid en het vertrouwen in de zorgverlener kunnen verhogen.”
Boys moms weten: zoons kunnen heftig zijn. Zo ook het zoontje van Frida, toen ze op vakantie was in Kroatië met haar gezin. Hij legde eigenhandig het hele zwembad plat. Per ongeluk.
Elke ouder weet: er komt een moment en dan pikt je kind iets op wat ie absoluut niet had mogen horen. Zo liet de vijfjarige Hugo op een subtiele, maar duidelijke manier weten hoe zijn vader over bepaalde collega’s denkt.
Met twee gezinnen op vakantie, hoe meer zielen, hoe meer vreugd, dachten Anna en haar man. Dat viel tegen, bleek toen ze eenmaal in Frankrijk gearriveerd waren.
Wanneer je de eerste bent in je vriendengroep die moeder wordt, vergt dat wat aanpassingsvermogen van de rest. Een vaardigheid die niet iedereen even goed onder de knie heeft. Dat bleek wel, toen een vriendin van Noëlle met dit kraamcadeau op de proppen kwam.
Toen Rosie een baby was, vond ik uiteten gaan best een uitdaging. Nu ze twee is, valt het nog niet altijd mee. En dat heeft niet alleen met het kind te maken.
We bereiden ons maandenlang voor op dé grote dag: de bevalling. Bevalplan? Check. Pufcursus? Check. Maar van presentatrice Shelly Sterk mogen we ons best vaker focussen op de periode ná de geboorte, het herstel: “Je lichaam is de volgende dag echt niet klaar voor een wandeling van tien kilometer achter de kinderwagen.”