Mijn oudste zoon wordt binnenkort zes. Hij wil de lekkerste traktatie ooit uitdelen en het leukste verjaarspartijtje van de hele wereld geven. Mijn man en ik hebben beiden een fulltimebaan, hoe pakken we het zo efficiënt mogelijk aan?
Lees verder onder de advertentie
ELS & DO: De lekkerste traktatie ooit vinden kinderen van dat gore, mierzoete, lichtgevende snoepgoed van de Action. Als je er een geigerteller bij zou zetten, zou hij uitslaan. Helaas zullen alle ouders u haten als u uw zoon daarop laat trakteren. Verantwoorder is de snoep-sushi die je bij elke supermarkt kunt krijgen. Die is gemaakt van natuurlijke ingrediënten, zonder toevoeging van kunstmatige smaakstoffen.
Lees verder onder de advertentie
‘Allerleukste partijtje ooit’
Als u het leukste partijtje ooit wil geven, zegt u tegen uw zoon dat hij iedereen mag uitnodigen wie hij wil. Zoals Do’s zoon Bruno voor zijn eerste partijtje. Bruno vroeg alle jongetjes uit de klas. Do had een koekhapmoment op het programma staan, een tonnetjesloopmoment. Een tafel vol mandarijntjes en bananenschijfjes.
Lees verder onder de advertentie
Er duikelde een horde testosteronbommetjes binnen die al snel veranderde in een bal armpjes en beentjes die door het huis rolde, de koeken eraf ragde, over de tonnetjes denderde. Do stond verloren bij haar Ezeltje Prikstand. De ouders die hun kinderen ophaalden, stonden versteld van de ravage. Na afloop zei Bruno met rode konen: ‘Dit was het allerleukste partijtje ooit.’ Daarna viel hij in slaap op de geplette mandarijntjes.
Als u zo’n partijtje wil overleven, vraagt u assistentie. Geef NOOIT in uw eentje een partijtje. Daarmee onderschat u het fenomeen. Met jongetjes gaat u naar buiten, de natuur in. Bruno kreeg tot zijn twaalfde – vanaf de brugklas willen kinderen goddank geen partijtjes meer – voetbalpartijtjes in de duinen.
Lees verder onder de advertentie
Onder leiding van Dylan die voetbalde bij de Ajax jeugdopleiding. Tegen een zakcentje leerde hij Bru’s vriendjes voetbaltrucs. Daarna mochten ze die in praktijk brengen tijdens een potje voetbal. Do hoefde alleen te zorgen voor rode en gele schouderlintjes, limonade en een winnaarsbokaal. De jongetjes van toen zijn nu mannen, die graag met een biertje napraten over de leukste partijtjes die ze hebben gehad: die van Bruno.
De opvoedtantes Els en Do beantwoorden opvoedvragen met een knipoog en stellen zichzelf voor: “Wij zijn geboren voordat de pil was uitgevonden, kwamen ter wereld zonder dat onze ouders daarom hadden gevraagd en werden te hooi en te gras opgevoed. Zelf kregen wij heel bewust kinderen en daarom voelen we tot op de dag van vandaag (ze zijn inmiddels 34, 22 en 20) de plicht hen permanent gelukkig te maken. We kennen dus twee opvoedingsstijlen van nabij, en blijven onverminderd op zoek naar de gulden middenweg.”
Boys moms weten: zoons kunnen heftig zijn. Zo ook het zoontje van Frida, toen ze op vakantie was in Kroatië met haar gezin. Hij legde eigenhandig het hele zwembad plat. Per ongeluk.
Elke ouder weet: er komt een moment en dan pikt je kind iets op wat ie absoluut niet had mogen horen. Zo liet de vijfjarige Hugo op een subtiele, maar duidelijke manier weten hoe zijn vader over bepaalde collega’s denkt.
Met twee gezinnen op vakantie, hoe meer zielen, hoe meer vreugd, dachten Anna en haar man. Dat viel tegen, bleek toen ze eenmaal in Frankrijk gearriveerd waren.
Wanneer je de eerste bent in je vriendengroep die moeder wordt, vergt dat wat aanpassingsvermogen van de rest. Een vaardigheid die niet iedereen even goed onder de knie heeft. Dat bleek wel, toen een vriendin van Noëlle met dit kraamcadeau op de proppen kwam.
Toen Rosie een baby was, vond ik uiteten gaan best een uitdaging. Nu ze twee is, valt het nog niet altijd mee. En dat heeft niet alleen met het kind te maken.
We bereiden ons maandenlang voor op dé grote dag: de bevalling. Bevalplan? Check. Pufcursus? Check. Maar van presentatrice Shelly Sterk mogen we ons best vaker focussen op de periode ná de geboorte, het herstel: “Je lichaam is de volgende dag echt niet klaar voor een wandeling van tien kilometer achter de kinderwagen.”