Jongens, kappen nu! Vijf tips bij gekibbel tussen broers en zussen
Natuurlijk snappen we dat je je bloedjes soms het liefst achter het behang plakt als ze elkaar weer eens in de haren vliegen. Toch kan je een ruzie met een paar simpele tips van Eva Bronsveld en Elsbeth Teeling – auteurs van het boek ‘Maakt niet uit wie er begon’ – heel gemakkelijk sussen.
En nee, daar hoef je echt geen politieagent voor te spelen.
1. Probeer te relativeren
Met twee heethoofden om je heen heb je dit misschien niet één, twee, drie onder de knie, maar al doende leert men. En het zal je uiteindelijk echt helpen om rustiger te blijven. Ruzie maken is namelijk helemaal niet slecht: het is voor kinderen een mooi moment om te leren. Te leren om te communiceren en voor zichzelf op te komen, bijvoorbeeld.
2. Stel jezelf op als mediator
En niet als scheidsrechter of politieagent. Eva: “Zij hebben ruzie, dus jij hoeft niet voor ze te bedenken hoe zij het op moeten lossen. Het enige wat jij hoeft te doen, is ze te helpen om samen een oplossing te vinden.” Elsbeth: “Leren ruziemaken is als leren fietsen. Als je kind op een fiets stapt, zeg je ook niet meteen: ‘Joe, ga maar wat aanklooien!’ Het is goed om ze te begeleiden en er soms tussen te komen.”
Lees ook
‘Mijn kleuter blijft jaloers op zijn broertje, is dat normaal?’ >
3. Geef de emoties van je kinderen de ruimte
Logisch dat dat als ouder weleens lastig is – helemaal als je ziet dat één kind de ander slaat, maar probeer ook dan begrip te tonen. Eva: “Verwoord bijvoorbeeld welk gevoel je ziet. ‘Ho, stop! Je vindt het heel oneerlijk, dat snap ik. Ik laat je je broertje niet slaan. Kom, ik help je om het op een andere manier op te lossen’. Op deze manier voelen beide kinderen zich gehoord.” Elsbeth: “Natuurlijk heb je de neiging om de geslagene te troosten, maar degene die slaat heeft net zoveel aandacht nodig. En daarbij: als je de één harder straft dan de ander, ontstaat er uiteindelijk nog meer wrok. Want het kind dat het onderspit delft is niet alleen boos op z’n broer of zus, maar ook op jou.”
4. Zorg dat je zelf rustig bent
En dat je eigen energie oké is. Merk je dat je zelf geïrriteerd of kwaad bent? Dan kan het vaak veel effectiever zijn om eerst even zelf tot rust te komen voordat je naar je kinderen gaat. Eva: “Ze hebben iemand nodig die de rust bewaart, niet iemand die olie op het vuur gooit.”
5. En als bovenstaande allemaal niet lukt…
(Wat helemaal niet gek is als je met kilo’s boodschappen in een drukke supermarkt staat of je maar drie uur hebt geslapen)… Dan heb je altijd nog de quick fixes: een joker die je in kunt zetten als je even het geduld niet hebt voor tips 1 tot en met 4. Bijvoorbeeld: parkeer de ruzie. “Hoe je dat doet is natuurlijk helemaal afhankelijk van de situatie. De ene keer zul je ‘stop ’moeten roepen en ze uit elkaar moeten halen, de andere keer is het misschien het handigst om de ruzie gewoon te negeren (als ze elkaar niet de hersens in slaan) en zelf stoïcijns door te gaan met wat je doet. En een andere keer is de beste oplossing misschien om ze letterlijk voor een filmpje te parkeren.”
Benieuwd naar meer tips (en quick fixes ;)?) Je leest ze allemaal in het boek ‘Maakt niet uit wie er begon’. Bestel ‘m hier.
In ‘Maakt me niet uit wie er begon!’ vertellen bestsellerauteurs Eva Bronsveld (‘Temperamentvolle kinderen’) en Elsbeth Teeling (‘Relax mama!’) ouders hoe ze kinderen – broers, zussen en vriendjes – kunnen helpen al vroeg een goede band met elkaar te krijgen. Daarmee geef je kinderen een stevige sociale basis. Met kennis van zaken en humor geven ze tips over wanneer en hoe je moet ingrijpen, wat je moet doen als je kind fysiek wordt, wat het nut is van ruziemaken en nog veel meer. Met toegankelijke achtergrondinformatie, herkenbare ervaringsverhalen en praktische tips.
