Alles over een voorkeurshouding bij je baby

Baby’s hebben na de geboorte nog een zachte schedel. Als je baby graag voornamelijk in één houding ligt – op de rechterkant van zijn hoofdje of juist de linkerkant – bestaat de kans dat de achterkant van zijn hoofd aan één kant platter wordt. Het risico op zo’n afgeplat hoofdje is het grootst in de eerste maand, maar het kan ontstaan tot je kind ongeveer zes maanden oud is.

Kan een afgeplat hoofdje kwaad?

Bij de meeste baby’s gaat het geleidelijk weer over. Maar soms is dat niet zo en blijft de vorm van het hoofd aan één kant iets anders. Dit is niet ernstig en bovendien zie je er, zodra je baby eenmaal haar krijgt, vrijwel niets meer van. Maak je je zorgen, overleg dan met het Consultatiebureau.

Lees ook:
Zo leer je je baby zelfstandig van de bank te klimmen >

Wat kun je eraan doen?

Een afgeplat hoofdje voorkomen is moeilijk, als je eenmaal merkt dat je kind heel graag in één bepaalde houding ligt. Wel kun je helpen om vaker zijn hoofd naar beide kanten te draaien. Zo kan hij zijn voorkeurshouding afleren en ontwikkelt zijn hoofd zich zo symmetrisch mogelijk. Dat doe je bijvoorbeeld zo:

• Leg je baby altijd op zijn rug in bed en draai zijn hoofd naar zijn niet-voorkeurskant. Draait hij meteen terug? Doe het dan nog eens als hij slaapt
   
• Zorg dat het licht van het raam of de deur van de niet-voorkeurskant komt. Draai desnoods zijn bedje of de box om
   
• Is je baby wakker? Leg een fel gekleurd speeltje of iets anders dat zijn aandacht trekt aan zijn niet-voorkeurskant. Zorg er wel voor dat hij hier niet bij kan komen
   
• Verschoon je baby of kleed hem aan zodra hij recht voor je ligt. Of zorg dat je aan zijn niet-voorkeurskant staat
   
• Geef je borstvoeding? Dan wissel je de houding van je baby vanzelf af omdat je beide borsten gebruikt. Bij flesvoeding kun je ook van houding wisselen
   
• Vanaf drie maanden kun je je baby in de box of op een speelkleed op zijn buik leggen, eventueel met hulp van een buikkussen. Zo leert hij zijn hoofd op te richten en in het rond te kijken en ontwikkelt hij zijn nek- en rugspieren. Blijf wel altijd bij hem.

Bron: Centrum voor Jeugd en Gezin