‘Als ik merk dat mijn zoons iemand pesten, hebben ze een groot probleem’

12.10.2022 08:00
Ellen Rink Beeld: Cynthia’s fotografie

Mijn jongens zitten sinds dit seizoen op voetbal, wat even mocht duren voor deze voetbal-minded-moeder. Dat dat vaak op zaterdagochtend is (wat betekent dat we om acht uur ’s ochtends moeten verzamelen – of nog eerder als we pech hebben), nemen we voor lief.

Ze trainen op verschillende dagen, dus we zijn er vier avonden in de week zoet mee. Het is niet anders, zij worden er heel blij van, dus wij ook.

Lelijke opmerkingen

Miles kwam in een leuk team terecht met twee fantastische trainers. Dat kan hij ook wel gebruiken, want Miles vindt dingen snel spannend. Hij kijkt graag de kat uit de boom en blijft het liefst in die boom zitten, maar zijn trainers zijn complimenteus en nemen hem goed mee in de groep. Lewis had het iets makkelijker, want die startte met twee vrienden uit de klas in hetzelfde team én hij is natuurlijk ietsje ouder.

Ik geloof niet dat mijn zoons de nieuwe Messi’s of Haaland’s zijn, maar plezier staat bij sporten voorop. Dat geldt ook voor een van de vriendjes van Lewis, die ook heus geen prof zal worden, maar wel heel veel plezier heeft in het spelletje. Zijn moeder belde me laatst op, na de training. Hij werd gepest in het team. Ze was er overstuur van, en dat begrijp ik. Er waren opmerkingen gemaakt over zijn gewicht, over zijn voetbalkwaliteiten en er was geouwehoerd met zijn waterflesje. Het arme kind wilde per direct stoppen met voetbal. Waar-de-loos en dat soort dingen maken me acuut pislink. Waar halen die kids het lef vandaan om zo om te gaan met een teamgenootje?

Pesten treft iedereen

Ik vind dat daar ook een taak ligt voor ouders. Ga het gesprek aan met je kind, probeer te achterhalen welke rol hij of zij heeft in een team. Uiteindelijk is het een groepsproces, zo’n team moet er samen staan. Pesten treft in dit geval alle teamleden en alle ouders. Niet alleen de ouders van de pesters en gepeste kinderen hebben hier iets te bespreken, maar ook de ouders van kinderen die erbij staan en het laten gebeuren óf kinderen die het niet eens in de gaten hebben. Ik ben er altijd héél fel in geweest naar mijn zoons: laat me níet merken dat jij een kind pest, want dan heb je een groot probleem met me. Ik hoop dan ook dat het tegen me gezegd wordt, mocht het wél zo zijn. Dan kan ik actie ondernemen.

Ik kan me voorstellen dat het voor kinderen lastig is om pesters aan te spreken, maar ze kunnen het wél melden. Thuis of bij een trainer. Je omdraaien en niks doen is misschien wel net zo erg. Het zou fijn zijn als ze zich bij een trainer zo veilig voelen dat ze het durven te vertellen. Zo niet, dan hopelijk thuis. Dan kun je als ouder misschien stappen ondernemen.

Het is en blijft een moeilijk iets, want je kind wil uiteraard geen snitch zijn, maar als je pestgedrag niet snel de kop indrukt, wordt het alleen maar erger. De trainers zijn vaak ouders die hun vrije avonden inleveren om een stel pubers te trainen. Daar heb ik veel respect voor en ik ben er dankbaar voor, want dankzij hen kunnen mijn kids voetballen, maar het zijn geen professionals die dagelijks dealen met dit soort ingewikkelde zaken. Pesten maakt de groepsdynamiek heel complex, maar om te voorkomen dat jongetjes uitvallen en stoppen met voetbal, móet er iets gebeuren.

Lees ook: Ellen twijfelt: ‘Wil ik thuis bevallen of in het ziekenhuis?’

Commentaar op zoon

Ik weet nog goed dat ik bij mijn zussen aan de keukentafel zat om te vertellen over mijn zwangerschap, toen een collega (uit de wijk) me belde. ‘Ik stuur je een screenshot, het is niet leuk’, zei ze. Onze wijk heeft een soort Marktplaats-app – waar ik overigens niet in zit, maar zo’n tweehonderd anderen wel – en daar was een foto van mij en mijn kinderen in rondgegaan. Per ongeluk. Een moeder van school, die ik goed ken, had commentaar op een van mijn jongens. ‘Zeg nou zelf’, stond er onder de foto, met zo’n emoji van een aapje met de handjes voor de ogen.

Vlak daarna belde ze me. Het was absoluut niet de bedoeling, ze schaamde zich dood en het was iets voor haar stiefdochter geweest, niet voor die hele groepsapp. Ze had het alleen niet meer kunnen verwijderen. Mijn mond viel open van verbazing. Naast dat het al erg genoeg was dat ze iets te zeggen had over een van mijn zoons, was het ook nog eens iets wat ze besprak met haar jonge stiefdochter? Wát? Ik heb haar vriendelijk verzocht nóóit meer tegen me te praten en heb opgehangen. Wees gewoon een voorbeeld voor je (stief)kinderen en laat je niet zo uit over anderen. Wees respectvol. En dan vragen we ons af waarom sommige kinderen pesten. Omdat ouders dat ook doen, misschien? Omdat ze denken dat het normaal is om lelijk te doen over een ander?

Nooit negeren

Uiteindelijk is er in het voetbalteam van Lewis goed met het pestgedrag omgegaan. Er kwam een heel helder groepsgesprek en er werd aangestuurd op elkaar helpen, in plaats van elkaar afbranden. Sporten moet voor ieder kind leuk blijven. De trainers en teamleider hebben dit prima opgepakt. Pesten kan zoveel verschillende oorzaken hebben en niet iedereen is ervoor opgeleid om achter dit gedrag te kijken, om te ontdekken waar het vandaan komt en of de pester zelf misschien hulp nodig heeft.

Ook mensen die hier wél voor opgeleid zijn maken soms verkeerde keuzes of bagatelliseren de boel. Hoe dan ook, pesten mag nooit genegeerd worden, door niemand. Ik gun ieder kind een onbezorgde jeugd op school en op de sportclub, waar ze gewoon zichzelf mogen zijn, ongeacht afkomst, talent, intelligentie, uiterlijk of wat dan ook. Dat is een utopie, dat weet ik ook wel, maar als we starten met dit uitdragen naar onze eigen kids, komen we misschien al een heel eind…

Ellen is trajectbegeleider in het voortgezet speciaal onderwijs, auteur bij uitgeverij De Fontein, moeder van twee jongens van tien en acht jaar, pas gescheiden en verwacht een dochter met haar nieuwe vriend. Lees haar vorige columns hier terug. 

Wil je nog meer mooie en herkenbare verhalen van mede-mama’s lezen? Neem nu een abonnement en ontvang Kek Mama elke maand als eerst op jouw deurmat.