‘Hallo, ik ben je oppas niet’

26.08.2019 10:45
oppas playdates

Janna wil je best helpen als je plotseling opvang nodig hebt, maar laat zich niet gebruiken als oppas. “Daarvoor hebben we de bso uitgevonden.”

“Hé hallo, Emmy wil graag met je dochter spelen en gaat dus mee naar jou want ik wil die drukte niet in huis en je moet haar ook thuisbrengen want ik ga echt niet de hele wijk door om mijn kleinkind op te halen. Oké, doei.”

Na die woordenwaterval verlaat de oma van Emmy op haar dooie gemak het schoolplein. Het is niet de eerste keer dat ze een speelafspraak delegeert. Ik staar het mens sprakeloos na. Maar dan kijk ik naar die meisjes en vind ik het best. Kom maar met ons mee, Emmy. Dat ik je aan het eind van de middag thuis moet brengen, neem ik wel voor lief.
 

It takes a village to raise a child

Begrijp me goed, ik ben een fanatiek aanhanger van het principe it takes a village to raise a child. Zeg zelf: waar zouden we zijn zonder buurvrouwen en schoolpleinmoeders als we onverwacht opvang nodig hebben. Maar zo nu en dan bekruipt me het gevoel dat ik word ingezet als sluitpost van andermans belabberde planning.

Op een avond appte een schoolpleinvader me met de vraag of ik het leuk vond zijn dochter Mara de volgende dag uit de bso te halen. Het stond er echt letterlijk. Of ik het leuk vond. Hij kon haar tegen acht uur ’s avonds bij mij ophalen. Ik begon aan een lange app om hem uit te leggen waarom ik het niet zag zitten zijn kind te halen. Dat die van mij op een andere opvang zitten en dat ik bovendien die avond een afspraak had.

Hoofdschuddend wiste ik mijn hele relaas – hij gaf mij nul uitleg waarom hij mijn hulp nodig had, waarom zou ík verantwoording afleggen? Ik tikte terug: ‘Jammer joh, het komt niet uit.’
 

‘Oké top, ik zit in het buitenland’

De betreffende schoolpleinvader is vrij hardleers. Een paar weken later vroeg hij of mijn oudste woensdagmiddag met Mara kon spelen. Bij hem, appte hij expliciet. Hij is gescheiden, zijn ex en hij hebben co-ouderschap. ‘Gezellig’, schreef ik terug. ‘Ik zie je morgen op het schoolplein en dan regelen we het wel.’

Nog geen uur later volgde een appje waarvan mijn nekharen acuut overeind gingen staan: ‘Oké top, ik zit in het buitenland en hoop dat ik morgen op tijd terug ben.’ Ik voelde de bui al hangen. En jawel hoor, de volgende ochtend kreeg ik het verzoek zijn dochter om twaalf uur mee naar huis te nemen. Zijn vliegtuig was zogenaamd vertraagd. ’s Avonds om kwart over zes stond hij eindelijk bij mij op de stoep.
 

Lees ook
51 dingen die je denkt wanneer vriendjes komen spelen >

 

‘Ze zijn er altijd, elke dag’

Ik ben niet de enige moeder die dit soort idiote dingen meemaakt. Laura, een goede vriendin van me, is een paar maanden geleden verhuisd naar een andere stad. Haar dochters kunnen het prima vinden met de kinderen van de buren. Op een dag was ik op bezoek. Ik wip wel vaker langs omdat ik vlakbij werk. Ik zei dat het me opviel dat de buurkinderen wel heel vaak over de vloer kwamen. Laura zuchtte diep: “Klopt, ze zijn er altijd, elke dag. Ook in het weekend. Ik laat het maar, want ze spelen zo leuk samen. We wonen hier net, dus ik wil niet moeilijk doen.”

Vorig weekend stonden ze op zondagochtend om half tien al op de stoep. Bij mijn vriendin liep iedereen nog in pyjama te lummelen. Dat was de eerste keer dat ze hen niet binnenliet. Twee uur later stond het span er weer. Toen Laura voorstelde dat haar kinderen een keer bij de buren zouden spelen, dropen ze af. Laura’s kinderen zijn nooit verder gekomen dan de voordeur van de buren. Die mensen hebben altijd wel een smoes: ze moeten nog eten, papa is moe of de hond is te wild. Met andere woorden: ze hebben gewoon geen zin in kindergedoe.

De buren van mijn vriendin Claudia zijn nog maar net gescheiden. Sinds kort wonen Jorrit en Marieke om en om een week in het huis, met de kinderen. Claudia weet precies wanneer de beurt aan Jorrit is. Dan belt hij op zaterdagochtend steevast met de mededeling dat Joep zo’n zin heeft met de buurjongens te spelen. Onzin, hij wil gewoon uitslapen en op z’n gemak de weekendkrant lezen. Slimme vader, denkt Claudia, terwijl ze Joep en haar eigen zoontjes uit de gordijnen vist.
 

‘Ging ze ook nog bellen’

Ik vind het linke soep, ouders die de speelafspraken van hun kinderen coördineren. Vaak doen ze het enkel uit eigenbelang. Maaike: “Een moeder van school stalkt me min of meer met speeldates. Ze appt me dan dat haar zoon met die van mij wil spelen. Ik geloof daar niks van, ik hoor Gijs nooit over dat jongetje.

Bovendien vind ik dat de kinderen zelf prima hun afspraken kunnen regelen, ze zijn acht. Ik heb het gevoel dat ze haar kind gewoon kwijt wil. Het is een druk kereltje, dus ik snap dat best. Maar zeg dat gewoon. Vorige week appte ze me drie keer in twee uur tijd. Omdat ik niet reageerde, ging ze ook nog bellen. Ik zat in een vergadering en kon daar echt niet gaan bakkeleien over wel of niet spelen en bij wie. Kom op zeg.”
 

Smoesjes

De moeder van Lucie vroeg een keer of haar dochter met mij mee naar de speeltuin kon. Ze had zin alleen met haar oudste naar de stad te gaan. Omdat ze gewoon recht voor z’n raap zei wat ze wilde, vond ik het een prima plan. Ik voel haarfijn aan wanneer iemand met een smoes komt aankakken. Dat herkent mijn vriendin Loes. Elke drie weken wordt haar gevraagd de dochter van een kennis mee naar huis te nemen. Haar moeder moet dan werken, maar dat wordt niet gezegd. Onlangs heeft ze daar een einde aan gemaakt. Ze appte: ‘In geval van nood kun je altijd op me rekenen. Maar ik wil niet structureel oppassen, daar heb je bso’s voor.’

Zelf draai ik er nooit omheen. Ik heb de laatste weken een paar keer een werkspoedje moeten oplossen. Ik hol dan naar de buurvrouw, mijn dochters in mijn kielzog. Aan de deur vertel ik in drie zinnen wat ik moet en hoelang ik daarmee bezig ben. Dat zij dan even meisjes opvangt, vind ik goud waard. Andersom doe ik dat ook met liefde. En vorige week was de buurman op zakenreis toen zijn vrouw buikgriep kreeg. Ze kon niet op haar benen staan. We hebben natuurlijk haar kinderen opgevangen. De ene buurvrouw haalde ze uit de bso en zorgde voor avondeten, de ander regelde dat iedereen de volgende dag met gevulde broodtrommels in de klas zat.

Laatst zag ik een moeder krijtwit op het schoolplein staan. Griep. Toen onze dochters hand in hand naar buiten huppelden, stelde ik gauw een speeldate bij ons voor. Aan het eind van de middag bracht ik haar weer thuis. Haar moeder had gelukkig weer wat kleur op haar wangen.
 

Last minute appjes

Tot mijn grote ergernis blijft de vader van Mara proberen mij voor zijn karretje te spannen. Hij belt me niet en spreekt me ook niet aan op school, maar appt zijn verzoeken last minute door. Vorige week maandag vroeg hij of Mara met mij mee naar huis kon. Toen ik hem liet weten dat ik aan het werk was, appte hij terug: ‘Geen stress’. Ik wist niet wat ik las. Hoezo geen stress? Het is niet mijn kind en niet mijn probleem.

Twee tellen later verscheen het verzoek of het donderdag wel kon, inclusief logeren. Ik moest echt keihard lachen. Waar was die gast mee bezig? Ik vroeg wat hij allemaal van plan was. Geen antwoord. Dat kreeg ik wel van zijn dochter, die uiteindelijk toch een middagje kwam spelen. Papa was aan het skiën in Oostenrijk. Het was zijn week met Mara en daarom zocht hij de hele week back-up voor zijn eigen kind. Ja hallo, ik ben de bso niet.
 

Dit artikel heeft eerder in Kek Mama gestaan.

 

 

Meer herkenbare verhalen? We selecteren de mooiste in de Kek Mama nieuwsbrief >