Nederland is een fietsland, en natuurlijk trap jij als rechtgeaarde moeder in weer en wind (of gewoon lekker in het zonnetje) met je kroost van hot naar her. Maar waar moet je op letten als je een fietsstoeltje koopt?
Lees verder onder de advertentie
Fietsfanaten opgelet: je kunt pas met je kind gaan fietsen als hij zelfstandig kan zitten – meestal is dat tussen de 6-9 maanden. Dan is het nekje ook stevig genoeg om de trillingen tijdens zo’n fietstochtje aan te kunnen.
Voor- of achterop?
Er zijn twee soorten fietsstoeltjes: zitjes voor voorop de fiets en voor achterop de fiets. Kinderen tot drie jaar zitten meestal voorop. Deze stoeltjes worden aan de stuurpen bevestigd en zijn geschikt voor kinderen tot 15 kilo. Dit is klasse C15 (soms staat dat op het zitje vermeld). Vergeet bij de zitjes voorop geen windscherm erbij te kopen, zo zit je kindje meer beschut tegen wind en regen.
Lees verder onder de advertentie
Oudere kinderen (grofweg van 3 tot 6 jaar) zitten in een stoeltje achterop de fiets – meestal op de bagagedrager. Hierin wordt ook weer onderscheid gemaakt tussen twee gewichtsklassen: Klasse A15 (voor kinderen van 9 tot 15 kilo) en klasse A22 (voor kinderen van 9 tot 22 kilo).
Wil je toch fietsen met een baby die nog niet zelfstandig kan zitten? Daar zijn ook manieren voor. Zo zijn er speciale dragers verkrijgbaar voor achterop je fiets, waarin je een autostoeltje kunt bevestigen. Dit is geschikt voor baby’s vanaf vier maanden. Hou de ritjes wel kort en vermijd hobbels en drempels. Ook kun je voor een bakfiets kiezen. Gebruik dan een speciale babyschelp of een autozitje en bevestig deze tegen de rijrichting in.
Lees verder onder de advertentie
Hier moet je op letten
De Consumentenbond geeft veel tips over de aanschaf van een fietsstoeltje en de veiligheid hiervan. Zo tipt de bond dat fietsstoeltjes moeten voldoen aan de Europese veiligheidsnorm: EN14344. Deze code vind je op een sticker of staat gedrukt in het plastic op het stoeltje. Let er verder op dat er een veilige gordel op het fietsstoeltje moet zitten, waarmee je je kind bij de schouders en het kruis vast zet.
Als werk onverwacht roet in het ouderschap gooit, moet je soms creatief zijn. Zo ook Carolien, die last-minute een oppas moest regelen voor haar dochter Saartje. Haar vriendin Melia bood hulp aan — met als resultaat een middag die niemand snel zou vergeten.
We kennen haar allemaal. Die ene moeder die haar halve inboedel inpakt alsof ze op wereldreis gaat in plaats van een weekje vakantie naar de camping in Frankrijk.
Bernike (29) is getrouwd met Ruben (31) en moeder van een dochter (0). In haar columns schrijft ze scherp, geestig en met zelfspot over de realiteit van het jonge ouderschap – waarbij ze oog heeft voor het absurde in het alledaagse.
De zomervakantie: zes weken vol quality time, ijsjes, knutselprojecten en gezellige uitjes. In theorie. En voor sommige moeders pakt het ook vast zo uit…