Bron: Canva
Wist je dat zo’n 20.000 kinderen in Nederland epilepsie hebben? Maar hoe herken je het bij je kind? En hoe ontstaat een epileptische aanval? Wij zetten alles voor Internationale Epilepsiedag op een rij.
Er wordt gesproken van epilepsie als iemand meer dan één spontane epileptische aanval heeft gehad. Deze ontstaan door een plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektrische prikkeloverdracht in de hersenen en kunnen zich op verschillende manieren uiten: de ogen van je kind kunnen wegdraaien, een van de mondhoeken kan scheef gaan staan, praten gaat moeizamer of hij valt en krijgt schokken. Ook kan je kind ‘gewoon’ even afwezig zijn.
Als artsen vermoeden dat een kind epilepsie heeft, wordt hij of zij in het ziekenhuis verder onderzocht met behulp van verschillende (EEG en MRI) scans.
Bij ongeveer de helft van de mensen met epilepsie is de oorzaak niet duidelijk – vaak heeft iemand bij de geboorte al aanleg. Is dat bij jouw kind het geval? Dan kunnen inentingen, koorts of koortsstuipen soms ook een aanval triggeren. In onderstaande gevallen is de oorzaak overigens wel te achterhalen:
Kinderen met epilepsie groeien er meestal overheen, maar tot die tijd krijgen ze vaak medicijnen om de boel te onderdrukken. Als de aanvallen vervolgens niet overgaan, worden ze doorverwezen naar een epilepsiecentrum of ziekenhuis. Hier lees je meer over de behandelingen die ze daar kunnen toepassen.
Bij de meeste aanvallen is eerste hulp niet nodig, maar je moet er wel voor zorgen dat je kind tijdens zo’n aanval veilig is.
Bron: hetwkz.nl / epilepsie.nl / sein.nl
Ga voor me-time met Kek Mama Magazine!
Boys moms weten: zoons kunnen heftig zijn. Zo ook het zoontje van Frida, toen ze op vakantie was in Kroatië met haar gezin. Hij legde eigenhandig het hele zwembad plat. Per ongeluk.
Elke ouder weet: er komt een moment en dan pikt je kind iets op wat ie absoluut niet had mogen horen. Zo liet de vijfjarige Hugo op een subtiele, maar duidelijke manier weten hoe zijn vader over bepaalde collega’s denkt.
Met twee gezinnen op vakantie, hoe meer zielen, hoe meer vreugd, dachten Anna en haar man. Dat viel tegen, bleek toen ze eenmaal in Frankrijk gearriveerd waren.
Wanneer je de eerste bent in je vriendengroep die moeder wordt, vergt dat wat aanpassingsvermogen van de rest. Een vaardigheid die niet iedereen even goed onder de knie heeft. Dat bleek wel, toen een vriendin van Noëlle met dit kraamcadeau op de proppen kwam.
Toen Rosie een baby was, vond ik uiteten gaan best een uitdaging. Nu ze twee is, valt het nog niet altijd mee. En dat heeft niet alleen met het kind te maken.
We bereiden ons maandenlang voor op dé grote dag: de bevalling. Bevalplan? Check. Pufcursus? Check. Maar van presentatrice Shelly Sterk mogen we ons best vaker focussen op de periode ná de geboorte, het herstel: “Je lichaam is de volgende dag echt niet klaar voor een wandeling van tien kilometer achter de kinderwagen.”
