Patrick: de vader die ooit dacht dat hij de baas was in huis

Illustratie bij: Patrick: de vader die ooit dacht dat hij de baas was in huis Beeld: Paulien van Beusekom
Patrick van Rhijn
Patrick van Rhijn
Leestijd: 3 minuten

Patrick (54) is schrijver van romans en freelance tv-redacteur. Hij woonde over de hele wereld en heeft vijf kinderen. Voor zijn column put hij uit een oneindige bron van even herkenbare als opmerkelijke verhalen over het vaderschap.

Lees verder onder de advertentie

Er zijn dagen dat ik me meer waakhond voel dan vader. Niet zo’n stevige rottweiler waar je respect voor hebt, maar meer een soort keffend schoothondje dat z’n eigen blaf niet meer serieus genomen krijgt. Want echt, ik heb geen wapens meer. Niks. Nada. Geen morele knuppel, geen psychologische raket. Geen ‘je gaat nú naar je kamer!’ die nog enig effect heeft. En al helemaal geen fysieke correctie, want we leven niet meer in 1985 en gelukkig maar. Slaan is uit, opvoedkundig én juridisch. Terecht. Maar toch. Vroeger… vroeger was er iets anders. Mijn vader hoefde maar te kijken – die blik die je je hele kindertijd onthoudt – en ik stond al in de houding. En als ik dan tóch een grote mond had? Dan kwam er wel eens een tik. Of twee. En nee, dat wil ik niet goedpraten. Maar ik vraag me wel af: was het nou die tik die werkte, of het hele aura van onfeilbare gezagsdrager dat om mijn vader heen hing?

Lees verder onder de advertentie

Mijn kinderen weten dat ik geen klappen uitdeel

Ik heb dat aura dus niet. Mijn kinderen weten dat ik geen klappen uitdeel. Ze weten dat ik geen telefoon afpak, of als ik het probeer, dat ze ‘m gewoon vasthouden alsof we een potje high-tech touwtrekken doen. Ze weten dat ik het uiteindelijk laat gaan. Want dan moet ik weer werken, koken, of gewoon even niet in discussie. En praten, ja hoor. We praten. God, wat praten we. We hebben family meetings met meer structuur dan het gemiddelde teamoverleg bij de gemeente. We praten over gevoelens (nou ja, die van mij meestal, want het zijn net oesters), over grenzen, over respect en verantwoordelijkheid. En dan knikken ze heel lief, om vijf minuten later alsnog te doen waar ze zin in hebben.

Lees verder onder de advertentie

Sterke karakters, die kinderen van mij. Slim, scherp, en niet voor de poes. En ik hou van ze. Onmetelijk veel. Maar jemig, wat heb ik mijn handen er vol aan. Soms voel ik me een soort halve scheidsrechter zonder fluitje. Ik kan alleen maar roepen vanaf de zijlijn terwijl zij het spel bepalen.

In zwakke momenten heb ik wel eens uit frustratie een duwtje gegeven. Geen klap. Niet hard. Meer zo’n “ik weet het ook even niet meer”-gebaar. En ik voelde me meteen ellendig. Want ik wil geen vader zijn waar ze bang voor zijn. Ik wil een vader zijn waar ze naar luisteren… omdat ze willen luisteren.

Maar dat lukt dus niet altijd. En dus kijk ik opvoedfilmpjes. Zogenaamd vol gouden tips. Maar in de praktijk voel ik me toch weer die tandeloze tijger, die met z’n laatste restje autoriteit probeert een YouTube-sterretje van twaalf te overtuigen dat drie uur schermtijd genoeg is.

Dus… als iemand ergens een opvoed-wapenarsenaal heeft liggen — eentje zonder klappen, zonder schreeuwen, maar mét effect — laat het me weten. Want deze vader staat open voor tips. Of een fluitje. Of desnoods een toverwoord dat wel werkt.

Meer lezen van Patrick? Hier vind je al zijn andere columns.

Lees verder onder de advertentie

Meest bekeken