Waarom het Zweedse Dalarna een geweldige zomervakantiebestemming is

Met de boot naar Zweden

De reis naar Zweden toe is al heel ontspannen, omdat we ervoor gekozen hebben om de Stena Line ferry te pakken vanuit Kiel in Duitsland naar Göteborg in Zweden. Hierdoor hoeven we niet twee dagen op een rij met jengelende kids op de achterbank in de auto te zitten. Plus het scheelt ons tijd, want de boot vertrekt aan het begin van de avond. Dus terwijl wij slapen, vaart hij ons naar Zweden. Onze familie-hut is best groot voor ferry begrippen. We hebben een eigen badkamer met wastafel, douche, toilet en handdoeken. En de bedden zijn al opgemaakt.

Nadat we ingecheckt zijn en de spullen op de kamers hebben gezet, gaan we nog even op het bovendek kijken naar de afvaart. Mijn kinderen vinden het altijd indrukwekkend om te zien hoe zo’n enorme boot de haven uit manouvreert. Daarna gaan we richting het buffetrestaurant waar we een tafel gereserveerd hebben. Op het buffet staan super veel lekkere dingen; vlees, vis, kazen, salades, versgebakken brood en tot grote vreugde van Finn & Charlie ook ijs. Vanaf ons tafeltje kijken we uit over zee, een goed begin van de vakantie. Na het eten spelen de kinderen nog even in de kinderhoek op de boot en dan gaan we lekker slapen. De bedden liggen fijn, dus de volgende dag worden we uitgerust wakker en zijn we klaar voor het vervolg van de trip.

Falun

Onze eerste bestemming in Zweden is Falun, de hoofdstad van de regio Dalarna. De rit er naartoe is al geweldig. De snelweg is stil, we rijden door bossen en langs de typische Zweedse rode huizen. Onderweg stoppen we nog even bij een bakker voor een fika; een soort koffiepauze met wat lekkers die een belangrijk onderdeel is van de Zweedse cultuur. En die maken wij ons graag eigen.

In Falun vind je Falu Gruva, een oude kopermijn die Dalarna ooit veel rijkdom bracht. Absoluut een must om te bezoeken. Met een helm op en regencape aan dalen wij met een gids af naar de ondergrondse tunnels. Het is indrukwekkend om te zien hoe het er vroeger allemaal aan toe ging en de gids zit vol met prachtige anekdotes. Eenmaal weer boven gaan we ook nog naar het bijbehorende museum dat lekker interactief is en waar de jongens allerlei spellen kunnen doen.

Slapen:

Hotel Bergmästaren – Een kleinschalig, recent gerenoveerd hotel met charmante kamers. Vanaf hier loop je zo het centrum van Falun in.

Eten:

Banken Bar & Brasserie – Een mooi restaurant met een indrukwekkende marmeren entree in een oud bankgebouw. En op de kaart typisch Zweedse gerechten. Het stoofpotje is een aanrader!

Dala paard fabriek

Sinds we in Zweden zijn, komen we overal de Dalahäst, het beroemde Zweedse rode paard tegen. Die heeft zijn oorsprong in Dalarna in Nusnäs waar ook de enige echte fabriek van de paarden staat. Dus lijkt het ons leuk om te zien hoe ze gemaakt worden. In de fabriek horen we dat het maar liefst twee weken kost om van een blok hout een paardje te maken en in totaal werken er 8 tot 10 mensen aan. Ieder exemplaar is dus uniek. En onze kinderen mogen er zelf ook één beschilderen. Daarbij scoren we natuurlijk ook nog een souvenir voor thuis.

Orsa Grönklitt

De volgende bestemming van onze reis is Orsa Grönklitt. Een gezellig vakantiepark dat in de koude maanden een populair wintersport oord is en in de zomer een mooie plek voor actieve vakantiegangers, zoals wij. Je kunt hier gemakkelijk 3 tot 5 dagen blijven, er is genoeg te doen.

Vlak naast Orsa zit een wildlife park met bruine beren, ijsberen, Siberische tijgers, Perzische luipaarden, sneeuwluipaarden, lynxen, wolven en meer. De verblijven zijn enorm, om zoveel mogelijk de natuurlijke leefomgeving van de dieren na te bootsen. Via loopbruggen kun je in de verblijven kijken. De tijgers trakteren ons op een showtje door pal voor ons neus te gaan stoeien. Het zijn Finn zijn lievelingsdieren en hij is nog nooit zo dichtbij geweest. Wat een toffe ervaring.

Behalve ons bezoek aan het wildlife park ondernemen we bij Orsa Grönklitt ook veel actieve dingen. De kinderen krijgen survival-les in het wild van een ranger, we kanoën over het Rädsjön meer, gaan ’s avonds op elanden safari en huren mountainbikes waarmee we mooie routes door de omgeving rijden. Er zijn ook routes bij die prima toegankelijk zijn voor onze kinderen. En het voordeel van Zweden is dat er overal stuga’s – kleine, toegankelijke houten huisjes – staan waarbij we even kunnen pauzeren. Geen straf in de prachtige natuur. Tip: neem dus altijd een goed gevulde rugzak mee om onderweg te kunnen picknicken. Daar, met onze marshmallows aan een stokje geprikt boven een knapperend kampvuur beleefde ik mijn ultieme geluksmoment.

Fulufjället National Park

Wanneer we doorrijden naar ons volgende verblijf – Idre Fjäll – maken we een tussenstop bij Fulufjället National Park. Een prachtig natuurgebied met meren en watervallen op de grens met Noorwegen. Er zijn een heleboel verschillende wandelroutes, waarvan die naar Njupeskär, de hoogste waterval in Zweden, de populairste is. Wij nemen hem ook; de route is maar 3 kilometer en dus prima te doen voor onze jongens. Na iets meer dan een kilometer bereiken we de waterval. De lucht is blauw en de zon laat het water schitteren. Alweer zo’n mooie plek waar het net zoals in de rest van Zweden – op het geklets van onze kinderen na – zo stil en rustig is. We gaan even zitten op een bankje onderaan de waterval om ervan te genieten, terwijl de jongens steentjes in het water keilen. En dan vervolgen we de route tot aan de parkeerplaats waar we weer in de auto stappen en doorrijden naar Idre Fjäll.

Idre Fjäll

Idre Fjäll is net zoals Orsa Grönklitt ook een vakantiepark en het is erg geliefd bij gezinnen. Dat komt ongetwijfeld door de grote hoeveelheid voorzieningen en activiteiten die er te doen zijn. Aan het centrale plein vind je winkels, de fietsenverhuur, restaurants, een activiteitenhal met o.a. een bowlingbaan en springkussens, het zwembad en de midgetgolf. Verder is er een grote speeltuin, een manege waar je paard kunt rijden, een BMX terrein en een klimpark. En overal waar je komt, heb je een grote kans om rendieren tegen het lijf te lopen, want die vinden het hier overduidelijk ook heel fijn. Soms staan ze zelfs pal voor onze deur. En ze zijn helemaal niet schuw; we hebben heel wat kiekjes met ze geschoten.

We starten onze eerste dag in Idre met bomen klimmen. Sinds we in Denemarken met de jongens naar een klimpark zijn geweest, hebben ze de smaak te pakken. Nadat we onze klimuitrusting en uitleg hebben gekregen, mogen we omhoog. We beginnen met het makkelijke parcours dat zo’n 1,5 meter hoog is en daarna wil Finn ook nog het hogere parcours doen, wat in hoogte varieert van 6 tot 10 meter, want daar zit zijn favoriete tokkelbaan bij. Eenmaal beneden wil hij dan ook nog een keer. En dus gaan we nog maar een keer samen omhoog. Dat wordt morgen spierpijn!

Die spierpijn fietsen we er de volgende dag gewoon uit. Want er staat een mountainbike les op het programma. Niet op de gewone weg, maar op een speciale ‘skill area’. Als ik de indrukwekkende parcoursen voor me zie liggen, moeten ik wel even slikken. Er is een pad dat steil naar beneden gaat met haarspeldbochten, een pumptrack en een parcours met allemaal obstakels. Maar wanneer mijn oudste zoon voor mij zonder aarzelen de berg afdaalt, weet ik dat ik er ook aan moet geloven. De adrenaline schiet door mijn lijf. Wat is dit gaaf! Er schuilt een adrenaline junkie in mij.

Op bezoek bij de Sami

Idre is ook de meest zuidelijke plek waar de Sami, de oorspronkelijke bevolking van Noord-Zweden, woont. Ze leven van de rendieren en de beesten die we hier iedere dag over het vakantiepark zien grazen zijn ook van hen. Daar willen we wel meer van weten en dus brengen we een bezoek aan Renbiten een klein familiebedrijf waar je de Samicultuur van dichtbij kunt beleven. Sami Thomas is onze gids en komt aan met een aangelijnd rendier; Louise. Haar moeder werd 8 jaar geleden gedood door wolven toen ze nog maar een kalf was. En dus is ze met de hand gevoed, waardoor ze niet meer bij de kudde kan. Met Thomas en Louise wandelen we door de omgeving terwijl Thomas ons ondertussen alles over zijn cultuur, de rendieren en de natuur vertelt. Halverwege stoppen we bij een tipi tent waar we lasso-les krijgen en rendieren vlees proeven. En daarna mogen we helpen de rendieren te voeren. Dat vinden onze jongens geweldig.

De magische weg bij Nipfjället

Dan is onze vakantie alweer bijna ten einde. Maar voordat we weer richting huis vertrekken, beklimmen we ook nog de Nipfjället; een berg in de buurt waar vandaan je een prachtig uitzicht op de omgeving hebt. De weg er naartoe is ook leuk. Om er te komen, moet je namelijk over de Trollvagen, ook wel bekend als Magic Road. Want als je de auto stopt op een bepaald stuk van de weg en in zijn vrij zet, rol je vanzelf naar achteren. Maar voor je gevoel rol je de berg op. Heel maf, een sterk staaltje gezichtsbedrog. Of zou de trol langs de kant van de weg er iets me te maken hebben?! Op de top van de Nipfjället halen we nog even herinneringen op van de afgelopen dagen, terwijl de kinderen stenen torens bouwen. Wat hebben we een geweldige vakantie in Zweden gehad!

Ook nog leuk in Dalarna:

• Het Siljanmeer – Het Siljanmeer is het grootste meer in de provincie Dalarna. Behalve Orsa en Nusnäs zijn er nog een paar plaatsen aan het meer die de moeite waard zijn om te bezoeken. Zoals het traditionele Leksand waar – Sommarland – een tof outdoor- en waterpark is, het authentieke Tällberg, de bruisende stad Mora en Rättvik. Hier vind je de langbryggan, een lange pier van 628 meter waar vandaan je een adembenemend uitzicht hebt op het meer. En met mooi weer is het er goed toeven op het zandstrand langs de oever en kun je lekker zwemmen, het water loopt heel langzaam af. Ben je op zoek naar iets meer avontuur? Dan moet de rodelbaan van Rättvik absoluut op je uitjes lijst.
• Vissen – In Dalarna kun je bijna overal vissen. Er zijn zoveel meren en rivieren waar het wemelt van de vissen dat er voor iedereen een geschikte stek is. Van gezinnen die een dagje willen hengelen tot de echte sportvisser. Kinderen mogen meestal gratis vissen als er een volwassene met een viskaart bij is.
• Elandenpark – Op verschillende plekken in Dalarna kun je op elanden safari, maar wil je het symbool van Zweden met de kinderen van dichtbij zien, dan kun je een bezoek brengen aan één van de twee elandenparken in de regio. In Långshyttan vind je het kleinschalige Långshyttans Älgpark, waar je de elanden kunt aaien en voeren. En in Öjvallberget in het noorden van Dalarna vind je Älgpark Bosse & Friends, waar ze elanden, rendieren, geiten, een heleboel husky’s, kippen, konijnen en wolven hebben.
• Tomteland – Fans van de kerstman moeten zeker een bezoekje brengen aan Tomteland. In dit themapark ten zuiden van Mora woont de kerstman en kun je persoonlijk je verlanglijstje afleveren. Maar er is meer; namelijk een trollenland, elfenland, een theater, een soort dierentuin met rendieren  en speeltuinen. En gedurende de dag zijn er allerlei shows en activiteiten voor kinderen van alle leeftijden.
• Bezoek een Fäbod – Een fäbod is een traditionele zomerboerderij en typerend voor Dalarna. Er wordt onder andere boter en kaas gemaakt en in de zomer worden er allerlei leuke activiteiten georganiseerd. Net buiten Rättvik vind je de fäbod Karl-Tövåsen.

De Zweedse regio Dalarna is vanuit Nederland gemakkelijk te bereiken met een overtocht van Stena Line: je vakantie begint al aan boord.

Naar Zweden met kinderen? Klik hier voor nóg meer tips. 

Nog meer Kek Mama? Schrijf je hier in voor de nieuwsbrief >