Ondernemer Nina Pierson over bewust opvoeden, gezond eten en haar bedrijf SLA

06.02.2018 12:47
Nina Pierson zwanger van tweede kind

Nina Pierson (32) vindt zichzelf absoluut geen quinoakut maar eet wel vegetarisch en voedt peuterdochter Ella bijzonder verantwoord op. Een gesprek met de vrouw achter SLA en BEDROCK.

Mail van Nina. “Die koffie, zullen we daar lunch van maken bij de Vegan Junkfood Bar?” Een kwartiertje vertraagd komt ze aanfietsen: transportkrat en kinderzitje voor dochter Ella (bijna twee) voorop. “Leuk toch, vegan junkfood?” zegt ze. “Er staat vast wel iets gezonds op de kaart.” Ze bestelt een plantaardige burger met patat.

Ze oogt vrolijk. Jonger dan de 32 jaar die ze is en gekleed volgens de laatste mode, haar haren in een rommelige knot. Niet het prototype zakenvrouw. Toch is ze samen met haar man Jop van de Graaf (33) verantwoordelijk voor SLA, een foodketen die mensen moet inspireren gezonder en duurzamer te eten.

Nina: “Jop heeft de dagelijkse leiding, mijn tante is chef food, mijn zwager operationeel manager en mijn broertje Niels doet de financiën. Het is een echt familiebedrijf.” Zelf deed ze een tijdje geleden een stap naar de achtergrond. Online platform Bedrock, voor een bewuste en gezonde levensstijl, eist samen met dochter Ella het grootste deel van haar tijd op.
 

Eye-opener

Ze kwam op het idee voor SLA toen zij en Jop tijdens een reis door Myanmar het boek De voedselzandloper lazen. Een eye-opener. Nina: “Ik begreep opeens wat eten met je doet, en wat het belang van bewuste voeding is voor de wereld. We besloten ons eetpatroon volledig te veranderen, maar konden eigenlijk nergens iets vinden waar we snel en makkelijk gezond uit eten konden. Daarom riepen we SLA in het leven.”
 

Tweede natuur

Voor Nina is het een tweede natuur, die gezonde en bewuste levensstijl. “Mijn vader was altijd bezig met spirituele ontwikkeling. Hij was de zoon van bankier H.D. Pierson. Studeerde economie, maar brak los van die wereld toen hij door Azië ging reizen en gegrepen werd door het boeddhisme. Ik ben opgevoed met een groot respect voor alles wat leeft. Leerde vliegjes uit het zwembad te redden en vrij te laten. No harm was het credo van mijn ouders. Ik probeer Ella hetzelfde te leren. Bij ons in huis staan ventilatoren tegen de muggen: een vliegenmepper zul je niet vinden. Hooguit onze katten Reva en Elf.

Ik groeide op in Bangkok, ging naar een internationale school en werd tweetalig opgevoed. Toen ik een jaar of zes was, schoor mijn vader zijn hoofd kaal en trok zich drie maanden terug om te leven als monnik. Mocht ik hem al die tijd niet aanraken, want de enige vrouw die een monnik mag aanraken, is zijn moeder. Ik vond het wel leuk, zo’n vader die allesbehalve standaard was. Mijn vader werd ziek toen ik elf was en we net weer in Nederland woonden – prostaatkanker. Om beter te worden volgde hij het Moermandieet, dat bestaat uit heel veel groenten en geen vlees, vis, suiker, koffie en thee. Ook reisde hij vaak naar Thailand om tot rust te komen. De dokters gaven hem twee jaar, het werden er ruim elf: op mijn 21ste overleed hij. Ik studeerde in de tijd in Amsterdam. Terwijl mijn vriendinnen de kroegen onveilig maakten, zorgde ik een dag per week voor mijn hem. Hij werd 52.
 

Boos

Ik heb groot respect voor mijn moeder – pa was niet de makkelijkste man om mee te leven, met zijn eigen, sterke overtuigingen. Maar ik heb ook veel van hem geleerd. Dat het niet gaat om wat je overkomt in het leven, maar om hoe je ermee omgaat, bijvoorbeeld. De keerzijde daarvan was dat we thuis niet echt boos mochten zijn, want zo’n levenshouding brengt een zekere gelatenheid met zich mee. In de tijd van zijn ziekte en vooral na zijn dood vond ik dat best lastig, omdat ik wel boos wás.

Ik was een helse puber, was veel bezig met jongens; ik had mijn eerste vriendje op mijn dertiende en al sex op mijn veertiende. Ik werd twee keer van het gymnasium gestuurd en bleef twee keer zitten. Toch lieten mijn ouders me vrij en veroordeelden ze me nooit. Ik hoop dat ik in dat opzicht net zo’n ouder kan zijn voor Ella. Dat ze weet dat ze goed is zoals ze is. Ik haal veel uit het boek De taal van huilen van Aletha Solter. Ik snap nu bijvoorbeeld dat huilen heel goed en helend kan zijn.”
 

Het hele interview staat in Kek Mama 02-2018.

 

Nog meer Kek Mama?
Volg ons op Facebook en Instagram. Of schrijf je hier in voor de Kek Mama nieuwsbrief >