33 dingen die je zegt als je met je peuter door een winkelstraat loopt

1. Zo, vlug kijken voor nieuwe pannenlappen…
2. En ik pas ook gelijk die schoenen die ik online had gezien – we zijn er nu toch. 
3. Oké lieverd, je mag lopen tot aan het einde van de straat, maar daarna ga je écht in de buggy.
4. Nee schat, kom, we hoeven die winkel niet in. 
5. Die ook niet.
6. En laat dat kledingrekje alsjeblieft staan!
7. Loop papa maar achterna. 
8. Voor je kijken Mack…
9. Voor je kijken!
10. VOOR-JE-KIJKEN!
11. Luisteren hoor, anders zet ik je in de buggy.
12. Koekje?
13. Laat die sigarettenpeuk maar op de grond liggen lieverd, die is bah… 
14. Wat zei ik nou? Afblijven. 
15. Man, wat een gorigheid… Veeg je handjes even af aan een billendoekje.
16. Zijn we al bij de schoenenwinkel?
17. Nee, we hebben geen tijd om in dat autootje voor de supermarkt te gaan zitten. Ik heb ook geen muntgeld. Kom we lopen verder…
18. Daar hoef je toch niet om te huilen?
19. Oké, alleen even kijken dan.
20. Ja móóói, zeg… Mooie banden, mooi stuur, ja….
21. *tien minuten later*
22. Zo, genoeg gekeken? Zeg maar dág tegen de auto! 
23. Kom Mack, nu is het echt klaar. Mama tillen?
24. Waar is toch die verrekte schoenenwinkel?
25. Nee, duiven kun je niet aaien. En al helemaal niet oppakken.
26. Kijk uit voor die meeuw! Die pikt zo je koekje uit je handen! 
27. Hup, doorstappen lieverd, zo zijn we morgen nog niet klaar…
28. Even wachten voor de voorbijrazende tram… 
29. Even wachten, zei ik! 
30. Ben je nu ook nog je speen verloren onderweg?
31. En waar is in hemelsnaam je petje gebleven?
32. Weet je… Laat die schoenenwinkel maar zitten; we gaan naar huis. 
33. Ik ben kapot.

Neem nu een abonnement op Kek Mama en profiteer van een geweldige aanbieding: 8 nummers én een Studio Noos-tas voor maar € 49,95!