‘Toedeledoki met al jullie wijsheden: ik kan mijn kind prima zélf opvoeden’

10.03.2021 10:17
opvoedadviezen zelf opvoeden Beeld: Shutterstock

Als je een kind hebt, bemoeit ineens iedereen zich met je. Van schoonmoeders tot wildvreemde vrouwen bij de kassa.

Carla (40) is er helemaal klaar mee: “Het spreekwoord de beste stuurlui staan aan wal had ik hoogstpersoonlijk kunnen bedenken met drie jongens van acht, negen en elf. Iedereen bemoeit zich met de opvoeding. Mijn moeder en schoonmoeder, tantes en de onbekende dame in de supermarkt – want opvallend genoeg zijn het altijd vrouwen.

‘Pak die speen lekker af, binnen drie dagen is-ie hem vergeten.’ Zat ik een week met een hysterisch kind. Of: ‘Je moet je kinderen niet van die gewelddadige games laten spelen, worden ze hartstikke hyper van.’ Maar als ik de Playstation uitgooide, zat ik de hele woensdagmiddag met drie stuiterballen. ‘Je geeft toch wel een halfjaar borstvoeding hè?’ ‘Laat hem gewoon een uurtje huilen, dan slaapt hij vanzelf wel door.’ ‘Je moet ze geen pistooltjes geven, daar worden ze agressief van. En geen suiker, want dat maakt ze druk.’
 

‘Ik kan het príma zelf, dat opvoeden’

Toedeledoki met al je wijsheden. Ik lach vriendelijk, bedank voor de tip, en bepaal het vervolgens lekker zelf. Ik heb drie heerlijke kerels die het goed doen op school. Ze hebben niet buitensporig veel botbreuken opgelopen en zijn lief voor hun medemens. Ik kan het príma zelf, dat opvoeden, zonder al die oma’s en aanverwante bemoeiallen.”

Voor Joyce (38) blijft het elke keer weer slikken wanneer haar schoonmoeder op visite komt. “Bij ongeveer alles wat mijn kinderen doen, zegt ze tegen mijn man: ‘Nou, Peter, zo hebben we jou niet opgevoed.’ Ze zegt het als de kinderen ons tutoyeren. Als ze zelf iets te drinken pakken. Als ze even op de iPad zitten… Om gek van te worden.”
 

Bemoeizuchtige nicht

Ook Marloes (33) telt geregeld tot tien tijdens familiebezoek. “Ik heb een nichtje dat bij alles zegt: ‘Nou, dat hoeft die van mij niet te proberen.’ Wanneer mijn tweejarige zoon met eten gooit. Onder de chocola zit. Op z’n stoel staat of me slaat. Oké, dat laatste mag natuurlijk ook niet, maar ik zet hem niet meteen voor straf buiten in de tuin met de schuifpui dicht, zoals zij.”

“Of zoals mijn schoonzus die bij me kwam kramen”, vult Margit (39) aan. “Heel lief natuurlijk, maar achteraf had ik nooit op haar aanbod moeten ingaan. Ik werd net wakker uit mijn middagslaapje toen ik ijverig heen-en-weer geloop op de bovenverdieping hoorde. Bleek ze alle babykleertjes opnieuw gewassen te hebben. ‘Ze stikten van de wasverzachter’, zei ze moederlijk. ‘Weet je wel hoe slecht dat is voor de huid van je baby?’ Tot overmaat van ramp had ze nog een truitje verziekt ook.”
 

Babyfoon bij de buren

Marloes weet er alles van: “Een buurvrouw met nul kinderen beweerde dat ik mijn huilende babydochter gewoon moest negeren ’s nachts, dan zou ze vanzelf wel doorslapen. Excuse me? Neem een kind, en wallen, en chronisch slaapgebrek en dan heb je recht van spreken.”

“Breek me de bek niet open”, zegt Christa (36). “Mijn zusje vond het onbegrijpelijk dat ik mijn peuterzoon niet gewoon liet slapen met de babyfoon bij de buren terwijl ik naar haar feestje kwam. Dertig kilometer verderop.”
 

Kipnuggets zonder bestek

Merel (28) dacht dat ze zo ongeveer het doodvonnis van haar babyzoon had getekend toen haar schoonzus het tijdens een bezoekje op een hysterisch gillen zette. “‘Wat doe jíj nou?’, riep ze, ‘geef jij je kind een wórtel?’ Die wortel was gekookt en zo zacht dat-ie bijna als puree in zijn knuistje verdween. Mijn schoonzus rukte de wortel resoluut uit zijn handen en keek me berispend aan. Levensgevaarlijk, oordeelde ze. Wist ik wel hoeveel kleine kinderen stikten?” 

Don (34): “Een buurvrouw die de deur bij ons platloopt omdat onze kinderen samen spelen, rukte een tijdje geleden het bordje van mijn tweejarige zoon uit zijn handen. De reden: hij at zijn kipnuggets met zijn vingers. Foeterend stopte ze hem een vork en mes toe. ‘Zo. Nu kun je verder eten’, zei ze.”

Eef (38) kreeg de volle laag van haar vegetarische (én kinderloze) vriendin, toen ze haar zoon op zijn eerste verjaardag een knakworstje gaf. “Alsof ik hem veranderde in een of andere moordmachine. Dat ongerepte lijfje, voerde ik dat nou echt een dood beest? Houd zelf lekker eerst even een kind in leven.”
 

Lees ook
‘Opvoeden? Ik doe maar wat’ >

 

IJskoude blik

Toch zijn ongevraagde adviezen wel wat meer dan alleen irritant. Zoals bij Rosalie (39). “Mijn zoon van acht concentreert zich slecht. Best onhandig in groep vijf, dus lieten man en ik een pedagogisch rapport opstellen. De uitkomst was overduidelijk: niks aan de hand.

En toch sprak zijn juf na het lezen van het rapport de legendarische woorden: ‘Het is echt beter als je naar medicatie gaat kijken. Daar wordt hij veel gelukkiger van.’ Hoorde ik dit nou goed? Was de juf opeens ook psychiater? Ik heb het gemeld bij de directie en de onderwijsinspectie.” Niet de beste manier om de sfeer goed te houden, ontdekte Rosalie. “Sindsdien begroet de juf me met een ijskoude blik en negeert ze me straal. Ik voel me allesbehalve welkom in haar klas. Heel ongezellig. Zo had ik me deze periode in het leven van mijn kind niet voorgesteld.”
 

Door de grond zakken

Soms kan ongevraagde bemoeienis gelukkig wél goed uitpakken, ontdekte Dunya (34). “Amra was drie jaar oud en een zeer temperamentvolle peuter. Tijdens een dagje in de dierentuin zat ze in haar wandelwagen op het terras en begon ze vreselijk te gillen. Gáán we weer, dacht ik. Wil ze natuurlijk weer ketchup bij haar frietjes in plaats van mayo.

Toen ik op zoek ging naar een zakje ketchup zag ik dat een oudere dame haar losgespte uit de kinderwagen. ‘Hallo, wilt u van mijn dochter afblijven?’, riep ik geschrokken. Ik trok een sprint naar het tafeltje. De vrouw had Amra al in haar armen. ‘Kijk dan,’ zei ze, ‘er zat een wesp tussen haar beentje en de zitting. Ze is gestoken.’ Ik kon wel door de grond zakken.”
 

Kattenbrokjes

“Herkenbaar”, grijnst Mariëlle (32). “Ik zat lekker aan de wijn op een borrel bij de buren, toen een onbekende vrouw met mijn zoon van anderhalf kwam aanlopen. ‘Je moet hem niet alleen in de tuin laten,’ zei ze, ‘je weet nooit wat-ie in zijn handen krijgt.’ Wat was dit nou weer voor irritant mens? Mijn kind zag er toch stralend uit? Al snel begreep ik waarom: hij bleek zojuist een bakje kattenbrokjes verorberd te hebben.”
 

Gewoon oplettendheid

Saskia (43) ziet bemoeizucht dan ook maar gewoon als oplettendheid. “Wist ik veel dat een kind van één jaar waxinelichtjes eet. Ik had hem het hele kaarsenplateau laten eten als mijn zus destijds niet belerend had gezegd dat het heel onverantwoord was kaarsen op de salontafel te laten staan als er een dreumes door de kamer scharrelde. Op dat moment had hij de eerste hap al bijna genomen. En als mijn buurvrouw het niet raar had gevonden dat ik mijn tienjarige zoon nog steeds niet alleen naar school liet fietsen, was hij als twaalfjarige nooit klaar geweest voor de middelbare school.

Soms zijn die ongevraagde adviezen best waardevol. Zolang je het gros maar gewoon vrolijk in de wind blijft slaan, want van een hapje kaarsvet is nog geen kind doodgegaan, denk ik. Wat ze ook zeggen: mama knows best. Meestal.”
 

Dit artikel heeft eerder in Kek Mama gestaan.

 

 

Meer Kek Mama? Schrijf je hier in voor de nieuwsbrief >