Hoe goed zijn Nederlandse kinderen in lezen?

01.09.2017 07:58
Ionica Smeets checkt

Ionica Smeets (37) is wiskundige en moeder van Tex (6) en Rifka (2). Elke maand checkt ze de zin en onzin van opvoedfabels en -feiten: hoef jij dat niet meer te doen.

Net voor de zomervakantie stuurde Tex’ meester alle ouders een nieuwsbrief over lezen. We kregen allerlei tips én een link naar een wetenschappelijke publicatie over de ontwikkeling van leesvaardigheden. Minstens één ouder zocht enthousiast de informatie uit de link op: ik natuurlijk. Het bleek een zeer interessante studie. Onderzoekers keken hoe kinderen vooruitgaan met lezen, zowel tijdens het schooljaar als in de zomervakantie.

 

Drie-Minuten-Toets

Ze gebruikten daarvoor de resultaten van de Drie-Minuten-Toets. Hierbij moeten kinderen woorden van kaarten oplezen. De eerste kaart staat vol met korte woorden zoals koe en pen. De tweede kaart heeft iets moeilijkere woorden zoals herfst en schroef. Op de derde kaart staan langere woorden als koningin of papegaaien. De kinderen krijgen een minuut per kaart om zo veel mogelijk woorden voor te lezen. De meeste scholen nemen deze test een paar keer per jaar af. Vraag je kinderen maar eens of ze hem kennen. Tex stak een enthousiast verhaal af over het spel met de kaarten. Hij had gelukkig nog niet door dat het een toets was.

 

‘Ons leesonderwijs werkt’

Enfin. Om te kijken hoe kinderen zich ontwikkelen volgden de onderzoekers een hele rits kinderen gedurende groep vier en vijf. Aan het begin van groep vier kwamen kinderen op de Drie-Minuten-Toets gemiddeld tot 58 woorden, aan het eind van groep vijf waren dat er 83. Er gebeurt dus heel wat in anderhalf jaar. De onderzoekers vergeleken de vooruitgang tijdens de schoolperiode en de zomervakantie. Per schoolmaand gingen kinderen zo’n twee woorden vooruit. In zomervakantie was dat met één woord per maand minder. De geruststellende conclusie is dat ons leesonderwijs werkt.

 

Verschillen

Minder fijn is dat het onderzoek liet zien dat verschillen tussen kinderen groter worden in de vakantie. Juist de goede leerlingen lezen meer in hun vrije tijd en gaan daardoor sneller vooruit. In andere landen lijken de slechtere leerlingen juist áchteruit te gaan tijdens vrije periodes. Dit lijkt in Nederland gelukkig niet zo te zijn. Misschien komt dit doordat onze vakanties korter zijn.

 

Praktische tips

Wel duidelijk is dat kinderen die in de zomer helemaal niet lezen inderdaad terugvallen in hun ontwikkeling. Onze school stuurde daarom naast die wetenschappelijke studie ook een reeks praktische tips voor in de vakantie: laat kinderen de menukaart in een restaurant lezen, doe spelletjes met taal, geef ze folders over pretparken en onthoud dat strips en tijdschriften ook prima zijn om te lezen. Het hoeft allemaal niet moeilijk en zwaar te zijn, lezen moet vanzelfsprekend en leuk zijn. Om meer samen te lezen kun je je kinderen bijvoorbeeld ook een bingo-voorleeskaart geven (via google vind je allerlei voorbeelden).

 

‘Ouders moeten ook lezen’

Het enige jammere is dat al deze tips natuurlijk alleen gebruikt worden door ouders die zelf ook dingen lezen. Lees daarom deze column vooral eens voor aan een bevriende moeder die weinig leest en geef haar kind gewoon eens een mooi boek.

Dit artikel staat in Kek Mama 09-2017